mm. m O m M TT Er werden 132 vogelsoorten waar genomen en er waren 44 soorten broedvogels. Er waren diverse bij zondere waarnemingen, waarvan de zeldzaamste die was van 2 Zwarte ooievaars op 18 augustus. Met de steltlopers ging het minder goed. Weinig of geen waarnemingen van Tureluur, Groenpootruiter, Kemphaan, Zwarte ruiter, Oeverloper, Strandloper en Kluut. Enkel de Watersnip was er en het vrij zeldzame Bokje. Voor het eerst sinds 1977 geen Visdief op het bekende vlotje. Ook de flora deed het goed. Zo bloeide opnieuw de Veelbloemige salomonszegel (Polygonatum multi— florum) en een nieuwe soort: de vrij zeldzame duinplant Wilde Asperge (Asparagus officinalis). Maar van de Dotterbloem werd nog één plantje waargenomen. Deze heeft het in de vervuilde rietkraag kennelijk moeilijk. Op een stuk natuurontwikkelings gebied ten noorden van Canisvliet werd de Zeeaster (Aster tripolium) waargenomen, de eerste terug kerende plant op Canisvliet! Het vlinder- en libellenjaar was niet zo positief. De koude maanden maart/ april/mei waren hier niet vreemd aan. Er waren ook diverse geleide rond wandelingen. Hiervoor heeft de VW in Sas van Gent een folder over het gebied beschikbaar. Voor mensen, die het rapport willen inzien, of nader willen bekijken: het volledige rapport ligt in de bibliotheek van de Steltkluut, Walstraat 7 in Terneuzen. Literatuur: Van den Steen, Johan: "Staatsnatuurreservaat Canisvliet, Rapport 1994". Januari 1995, Uitg. Heemkundige Kring Sas van Gent, Werkgroep "Behoud Canisvliet" en Natuurbeschermingsvereniging "De Steltkluut" Pagina 7

Tijdschriftenbank Zeeland

de Steltkluut | 1995 | | pagina 9