©i tmmyyr
trekt de vlinder zich terug tot Limburg
en Zeeland. Daarna volgt een lichte
verbetering, maar het blijft magertjes.
Ook na 1980 blijft de soort beperkt tot
het zuiden van het land, met name
Zuid-Limburg springt er duidelijk uit
en daar bevindt zich de enige vaste
populatie van Nederland.
In 1991 worden bij de Vlinderstichting
29 vlinders gemeld, op één na (Hulst)
alle uit Limburg. In 1992 heeft de
soort een bijzonder goed jaar. Vooral
uit het zuiden van Nederland (Limburg
en Zeeuws Vlaanderen) komen veel
waarnemingen, maar ook, in mindere
mate, uit Midden- en Noord Neder
land. In 1993 weet de soort zich
redelijk te handhaven. Er zijn
waarnemingen uit alle provincies,
maar het aantal waarnemingen in
augustus en september valt door het
slechte weer wat tegen.
Van Swaay constateert dat er een
relatie bestaat tussen het weer (goede
zomers) en het verloop van de
aantallen waargenomen Koninginne-
pages in Nederland. Perioden met
relatief veel waarnemingen zijn: 1844,
1859, 1899-1901, 1933-1936, 1939-
1950, 1954, 1961, 1967, 1971 en
1992-1993.
BELGIE
In Belgie is de soort in de Ardennen
plaatselijk algemeen, maar in
Vlaanderen zeldzaam. Anno 1985
noemt E. de Tre de Koninginnepage
een problematische soort met een
afnemend aantal waarnemingen. In
1991 worden er in Vlaanderen 28
Koninginnepages gemeld. Volgens de
Atlas van de Vlaamse Dagvlinders
(1993) is de Koninginnepage in 1992
bijzonder talrijk (1019 waarnemingen
in 209 uurhokken) maar andere jaren
kan de soort zo goed als volledig
ontbreken of zeer zeldzaam zijn. In de
entomobrochure de Belgische Trek-
vlinders en Dwaalgasten (10 jaar
Belgisch trekvlinderonderzoek) 1995
wordt de soort ingedeeld bij de
Occasionele zwervers.
ZEELAND
Publikaties van Wedts de Swart
(1969, 1970, 1971 en 1972) schetsen
een beeld van de situatie in Zeeland;
1915-1923 algemeen voorkomend
op o.a. Schouwen en
Tholen.
1924-1934 zeldzaam of afwezig
1935 -1942 sterke toename
1943-1950 snelle achteruitgang,
plaatselijk restpopulaties.
1951-1966 zeer zeldzaam
1967-1970 licht herstel (1969: 6
waarnemingen)
1971 opleving (jaartotaal 192
rupsen en 64 vlinders)
o.a. Sas v Gent 50
rupsen, Braakman 3
vlinders op één dag
OOST-ZEEUWS VLAANDEREN
Voor 1980 is er weinig bekend over
het voorkomen van de soort. In het
rapport Dagvlinders in O.Z. VLAAN
DEREN, onderzoek 1986-1988, (de
Steltkluut) wordt de soort als
zeldzame zwerver aangemerkt.
KONINGINNEPAGE IN OOST ZEEUWS
VLAANDEREN. Vllnderwaarnemlngen In de
Jaren 1981 t/m 1991
1981 0 1986 6
1982 0 1987 0
1983 0 1988 7
1984 0 1989 1
1985 1 1990 2
1991 1
