m tmwcyyr
solitair leven of zij die in kleine
groepen dekking zoeken, die alleen
kunnen worden geteld door er extra
aandacht aan te schenken. Dit zijn
bijvoorbeeld Blauwe Reiger, Dodaars,
Witgatje en Waterhoen. De VWG
probeert een goed beeld van het
aantal overwinteraars te krijgen door
speciale tellingen voor deze soorten te
organiseren, zie bijvoorbeeld artikels
over het Waterhoen en de Blauwe
Reiger in respectievelijk de Steltkluut
199. nr. en 1995 nr. 3.
De belangrijkste binnendijkse
gebieden voor watervogels zijn:
het Kanaal van Gent naar
Terneuzen (in
hoofdtelgebied A800), m.n.
voor de Krakeend,
Dodaars, Wilde Eend en
Kuifeend.
de Braakman (in
hoofdtelgebied A900), m.n.
voor de Bergeend, Wilde
Eend, Pijlstaart, Slobeend,
Kievit en Wulp.
de polders ten zuiden van
Saeftinghe, de Putting,
Groot-Eiland en Axelse
en Zwartenhoeksekreek, (in
de hoofdtelgebieden A100,
A300, A400 en A600) die
erg in trek zijn bij ganzen,
het Canisvliet, waar m.n.
het aantal Wintertalingen
opvallend is.
Tot slot is nog interessant te melden
van welke soorten tijdens de
watervogeltelling van 1995 in Oost
Zeeuwsch-Vlaanderen1% of meer
van de in Nederland verblijvende
vogels verblijft. Oost Zeeuwsch-
Vlaanderen beslaat zowat 1 van
het oppervlak van Nederland (tabel 2).
Uit deze gegevens 2 blijkt hoe
belangrijk de kreken en de
kreekoevers in het Oost
Zeeuwschvlaamse zijn voor
watervogels. De kreken bieden voor
watervogels gelegenheid tot
foerageren en rusten. Een belangrijke
rol speelt natuurlijk ook de Wester-
schelde. Veel watervogels maken
gebruik van de combinatie binnen- en
buitendijks, dit geldt met name voor
de combinaties
Braakmangebied/Paulinaschoren kop
van Ossenisse/Hellegat.
Tabel 2: Overzicht van soorten in
Oost Zeeuwsch-Vlaanderen die in
januari 1995 in vergelijking met de
landelijke telling van januari 1993 in
relatief grote aantallen voorkwamen.
Uitnodiging
Als er mensen zijn die belangstelling
hebben om aan de telling deel te
nemen, kunnen ze contact met
ondergetekende opnemen. Zo'n telling
heeft bovendien een gezellig slot. Na
de telling komen de deelnemers
namelijk met hun huisgenoten bij
elkaar om de resultaten te bespreken
en hun honger en dorst te lessen.
Tellers
Aan de telling hebben deelgenomen:
A. Bourgonje, M. Buise, M. Capello,
H. Castelijns, C. Dentz, W Van
Kerkhoven, F. de Kindt, J. Maebe, E.
Mathijs, E. Picavet, J. Poortvliet, R.
Remmerts, A. de Smet, J. van de
Steen, F. Tombeur, A. Wieland en T.
Ysebaert.