jacht-lobby daarentegen(Valt het u op dat ik een scheiding aanbreng tussen die twee?) Wat drugs betreft, om er een actueel onderwerp bij te halen, zal Nederland zonder meer strenger moeten worden en de Franse overheid zal moeten er kennen dat niet al haar burgers tevreden onderdanen zijn. Integen deel zelfs: Veel van hen vinden dat in Frankrijk alleen te leven valt als je verdoofd bent of wordt! Het is ook duidelijk dat, om een cliché te gebruiken, elke medaille twee kanten heeft en zelfs drie als je de rand meetelt. Toen de slavernij werd afgeschaft, om daar nog maar eens even aan vast te houden, betekende dat waarschijnlijk al op korte termijn -maar zeker op de lange- dat de kosten voor levensonderhoud voor iedereen hoger werden: Arbeid die tot voor kort enkel met kost en inwoning werd beloond, moest nu betaald worden, hoe gering die betaling misschien ook was. Ergens, om dat akelige woord maar eens te gebruiken, moeten die kosten dan verhaald worden. De beteugeling van de kinderarbied aan het begin van deze eeuw werkte ook kostenverhogend voor iedere burger en de limitering van de maximum snelheid in het verkeer werkt(e) negatief op het inkomen van de benzinepomphouders. Toch denk ik dat het goed is dat die maatregelen getroffen zijn. Het beëindigen van de jacht (in Nederland) zal ook negatieve gevolgen hebben. Waar ik het eerst aan denk: het wegvallen van het toezicht. Het betaalde toezicht door jachtopzichters, het kosteloze toezicht uitgeoefend door de jachtgerechtigde op zijn jachtveld en zijn jachtrechten. Sedert de onvolprezen veldpolitie is weggesaneerd, is het toezicht van de zijde van de overheid toch al gering. Toen die groep van gedreven en deskundige opsporingsambtenaren als korps werd opgeheven, viel er een groot deel van de kontrole in het veld weg. Niet alleen toezicht ten behoeve van de jagers, die werden zelf ook op de vingers gekeken, ook de naleving van andere flora- en faunawetten werd gecontroleerd, en niet te vergeten de milieuwetgeving. Binnen de korpsen -of moet ik zeggen: het korps als het over Zeeland gaat- doen tegenwoordig weliswaar speciaal daarmee belaste mensen wat zij kunnen, maar alleen kun je niet veel, zeker niet als het om controle gaat op talloze wetten als jacht- en vogelwet, de bescherming van wilde planten en dieren, de wapenwet etcetera. We moeten eens praten, zegt u en daar heb ik, zoals gezegd, niets op tegen, maar hebben wij dat al niet gedaan? Ik kom terug op twee zinsneden: Ik versta mijn tijd, en: We komen niet nader tot elkaar. Ik betreur het verdwijnen van de oude kasseiwegen, maar ik prefereer het rijden over asfalt, om eens een andere vergelijking te gebruiken. Waarmee ik wil zeggen dat we zullen moeten leren leven met ver anderingen. Voor de een zal zo'n verandering achteruitgang zijn, een ander zal het als vooruitgang beschouwen. We leven in een democratie, de macht van het getal is bepalend, daarom durf ik de zin die u als titel voor uw verhaal koos, te herhalen. Niet als stelling, maar ais een observatie: Even zeker als de slavernij

Tijdschriftenbank Zeeland

de Steltkluut | 1997 | | pagina 24