Volledigheidshalve nemen we ook de reactie van de heer L. de Jonge op, omdat daarin enkele behartenswaardige opmerkingen staan. Natuurlijk ziet de redactie van 'de Steltkluut' uit naar uw reactie, uw mening, uw 'mee-eens' of 'niet- mee-eens' Geachte Heer Sponselee, Hartelijk dank voor uw reactie op mijn artikel. Voor alle duidelijkheid wil ik graag een paar zaken rechtzetten. Ik schrijf het stukje voor het Regiobulletin, een uitgave van de regio Zeeland van de K.N.J.V. Waarom ik schrijf onder een pseudoniem weet ik eigenlijk zelf niet. Zeker niet om mij te verschuilen. Eerder misschien uit (vermeende?) bescheidenheid. Het aantal jagers in Nederland bedraagt ongeveer 32000. Dus uit politiek oogpunt nog veel onbelangrijker dan u veronderstelde. Dat 80% van de Nederlanders tegen de jacht is, als wij uit een andere opiniepeiling weten dat ruim 60% min of meer regelmatig wild eet, zegt u waarschijnlijk evenveel als mij. Het klinkt wat pretentieus, maar het zegt wellicht meer over het gebrek aan kennis van flora en fauna dan iets anders. Met u ben ik nog altijd blij dat we in een democratisch land leven. Met u zie ik ook de macht van het aantal, het volume van de harde roepers toenemen. Dat jagers en in meerdere mate ook nog de akkerbouwers de dupe worden is nog tot daaraan toe. Dat onze prachtige flora en fauna wel eens het grootste slachtoffer kan zijn verontrust mij echt. Om nu te komen op uw vraag om de gedachtenwisseling publiek te voeren. Als u meent dat zoiets zou kunnen bijdragen tot iets meer begrip voor eikaars standpunt, heb ik daar geen problemen mee. Die afweging laat ik graag over aan uw wijsheid. Ik veronderstel dat ook de redactie van 'de Steltkluut' daar een mening over heeft. Al was het maar vanwege de plaats die dat inneemt. Voor alle duidelijkheid nog even vermelden dat ik het stukje in het Regiobulletin niet schrijf als secretaris van de W.B.E. Midden-Zeeuws-Vlaanderen. Gewoon als Leen de Jonge, een jager die vanaf zijn zevende jaar mee het veld in trok. Die nog altijd niet uit kan leggen waarom hij zo graag jaagt. Die ooit lid van 'de Steltkluut' is geworden o.a. om die natuurbeschermers beter te leren kennen. Wellicht ook vanwege het gevoel van verwantschap.

Tijdschriftenbank Zeeland

de Steltkluut | 1997 | | pagina 25