DE STELTKLUUT Evaluatie broedvogels van het kreek- en weidegebeid Zwartenhoek 1970 -1996 Door: Alex de Smet In oktober 1997 is het Steltkluut-rapport met gelijkluidende titel verschenen. Het kreek- en weidegebied Zwartenhoek is gesitueerd ten zuidwesten van Axel. Dit natuurgebied bestaat uit een kreekrestant met rietveld, een aanplant en een laaggelegen weide. Al sinds jaren staat Zwartenhoek bekend als een belangrijk weidevogelgebied. Zo kwam hier in de jaren zeventig nog Kemphaan en Watersnip tot broeden. Verder wordt er regelmatig gebroed door Zomertaling en Baardmannetje. In de periode 1970 - 1978 is het gebied geïnventariseerd door Franklin Tombeur op de aanwezige flora en fauna. In 1979 is Zwartenhoek voor het laatst geïnventariseerd door Werner van Laere. De aanleiding om dit rapport te schrijven was het slot van het vijfde en tevens laatste invantarisatierapport van Franklin Tombeur, waarin hij de hoop uitte, dat moest het ooit tot een tweede inventarisatieronde komen, dat het gebied niet in waarde zou zijn gedaald. In dit verband is in 1989 de draad weer opgepakt om de broedvogelstand van Zwartenhoek weer in beeld te brengen. De doelstelling van dit rapport is om een trend vast te stellen van de broedvogels die in de periode 1970 - 1997 op Zwartenhoek hebben gebroed. Met andere woorden heeft Zwartenhoek de natuurwaarde die het in de jaren zeventig had, met zijn soortenrijkdom aan vogels, behouden? Duidelijk is dat in de verslagsperiode ondanks herhaalde verzoeken nooit van enig beheer sprake is geweest. Zwartenhoek heeft zich op eigen krachten verder moeten ontwikkelen tot wat het nu is. Wat voor invloed heeft dit gehad op de vogelstand? Zijn de bijzondere soorten behouden voor het gebied of zijn juist meer algemene soorten voor in de plaats gekomen? Welnu anno 1997 ligt er een schat aan gegevens die in de loop der jaren verzameld zijn en uiteindelijk om een evaluatie vragen. Dit rapport beschrijft de resultaten van 26 jaar vogelonderzoek. Resultaten en conclussie In figuur 1 is het aantal soorten alsmede het totale aantallen teritoria weergegeven van de broedvogels die in de periode 1970 - 1996 op Zwartenhoek hebben gebroed. Het maximum aantal broedvogelparen is vastgesteld in 1993 op 188. Het bijbehorende aantal soorten bedroeg toen 49. Het maximum aantal soorten is in 1978 bepaald op 53. Het aantal broedparen is toen vastgesteld op 159. Het aantal broedparen blijkt in de jaren negentig niet noemenswaardig af te wijken van het totale aantal broedvogels in de jaren zeventig. Hierbij dient de kanttekening geplaats te worden dat voor een aantal soorten destijds minimale aantallen zijn vermeld. Het totale aantal broedvogels is in de jaren zeventig wellicht hoger geweest dit vanwege de vermelding van minimale aantallen voor een aantal soorten zoals o.a. Wilde Eend, Kievit, Rietzanger, Kleine Karekiet en Rietgors. Verder blijkt dat het aantal Rode Lijstsoorten in de loop der jaren gehalveerd is. Bedroeg het totale aantal Rode Lijstsoorten in de jaren zeventig 15, gaande de jaren tachtig blijkt dit aantal snel bergafwaarts te gaan. In de jaren negentig is het aantal Rode Lijstsoorten teruggelopen tot 9, te weten Zomertaling, Patrijs, Tureluur, Grutto, Kluut, Groene Specht, Snor, Rietzanger en Baardmannetjes.

Tijdschriftenbank Zeeland

de Steltkluut | 1997 | | pagina 16