De kraamkolonies zijn meestal maar vijf weken op volle sterkte: het moment van geboorte tot het moment waarop de jongen uitvliegen, ilaarna vallen ze uiteen. In een enkel geval maken vleermuizen ook gebruik van dezelfde ruimte(n) voorafgaand aan of na de kraamtijd. i|n feite maakt de kolonie dus maar een hele korte periode gebruik van een bepaalde ruimte. Een overwinterende kolonie kan in de periode oktober, december tot in april/mei in een woning Sverblijven. Ze zijn dan diep in winterslaap. Overlast? lOver het algemeen veroorzaken vleermuizen Igeen overlast. Bij kraamkolonies is soms ge kwetter te horen wanneer de moederdieren hun ■kinderen terug proberen te vinden wanneer ze terugkomen met voedsel. Ook vlak voor het uitvliegen is vaak een luid gekwetter te horen. De uitwerpselen (kleine keuteltjes) zijn vaak te vinden bij uit- en invliegopeningen, maar kunnen geen stankoverlast veroorzaken. Ze bestaan namelijk uit onverteerde resten van insekten: dekschildjes en delen van poten. Vleermuiskeu tels tasten lak, verf of hout absoluut niet aan. Vleermuizen knagen niet, want het zijn insek- teneters. Vleermuizen maken geen nest en slepen dus geen nestmateriaal naar binnen. Ze brengen geen parasitaire ziekten over op mensen of huisdieren. De parasieten, als ze die al hebben, zijn gebonden aan de vleermuizen zelf. Mocht u onverhoopt toch overlast hebben van vleermuizen, dan kunt u een van ons be naderen. Wij proberen dan samen met u een oplossing te bedenken. Vat te doen met een kolonie in huis? Om de vleermuis beter te beschermen is het loodzakelijk om de verschillende verblijfplaat sen van vleermuizen te kennen. U kunt rond uw eigen woning eens bekijken of er misschien een :olonie aanwezig is. In deze periode april/mei ot juli kunt u kraamkolonies aantreffen. Het Oeste is om rond de schemering eens rond uw huis te lopen om te lijken of er ergens vanachter betimmering, naast de schoorsteen, etc. vleer muizen te voorschijn komen. Nog gemakkelijker s om af te gaan op een "inzwermende" kolonie. Voordat vleermuizen aan het eind van de nacht hun verblijfplaats ingaan, vliegen ze een tijdlang kriskras door elkaar voor de invliegopening. Dat gebeurt in het laaste deel van de nacht., kort voordat het licht wordt en soms ook nog bij het eerste daglicht. Ook is het mogelijk om de dieren te tellen. Afhankelijk van de soort, vliegen ze iedere avond ongeveer rond hetzelfde tijdstip uit. Afhankelijk van de grootte van de kolonie zijn alle dieren binnen enkele minuten tot een uur uitgevlogen. Om te weten of u een kraamkolonie in huis heeft kunt u het beste midden juni luisteren of er geluiden van (jonge) dieren uit de verblijfplaats komen, op het moment dat alle (volwassen) dieren zijn uitgevlogen. Geef in ieder geval een gevonden kolonie altijd door aan een van onderstaande personen. Met de gegevens die we van u krijgen kan de Stelt- kluut of het Duumpje advies geven aan terrein beheerders en overheidsinstanties betreft aan leg of beheer van groen in en buiten de be bouwde kom. Of advies geven bij renovatie of restauratiewerkzaamheden aan woningen. Het onderzoek naar vleermuizen is nog volop aan de gang en er zijn nog veel zaken die we niet begrijpen of niet weten. Alle gegevens zijn dus welkom! Praktisch Heeft u vleermuizen in huis, dan kunt u ook praktisch een steentje bijdragen. U kunt ze helpen door in ieder geval bestaande openingen niet dicht te stoppen en geen insekti- ciden om uw huis te gebruiken. Bij moderne nieuwbouwwoningen kunt u extra betimmering aanbrengen aan de buitenkant van de gevel, met zo'n 2 cm tussenruimte. Heeft u een woning die u wilt renoveren, stelt u dan, indien mogelijk, de renovatie uit tot het najaar. Of raadpleeg een vleermuisdeskundige. U kunt ook iets doen aan de verbetering van het jachtgebied door bijvoorbeeld veel groen aan te planten. Gebruik daarbij inheemse struiken en bomen, deze hebben een veel rijkere ecologis che waarde dan uitheemse planten. Meldpunt kolonies Zeeuws-Vlaanderen en advies Aan onderstaande personen kunt u een gevon den of vermoedelijke kolonie doorgeven. Ook kunnen zij u verder helpen met advies en raad 15

Tijdschriftenbank Zeeland

de Steltkluut | 1998 | | pagina 17