3
Op excursie naar Bargerveen
Door: Huub E u<
Leden van de Vogelwerkgroep van de Steltk-
luut waren, op uitnodiging van Staatsbosbe
heer, op 6, 7 en 8 juni 1998 te gast in de
beheersboerderij bij het Bargerveen, een van
de weinige hoogveen gebieden in Nederland.
Dat kon wel eens mooi worden. Overnachten
konden we in een Drentse boerderij van
Staatbosbeheer. Zes liefhebbers van de
Steltkluut en drie van Het Duumpje hadden
zich hiervoor aangemeld.
Aangezien een aantal van ons de vrijdag nog
moesten werken, vertrok ik met Alain Kint
vrijdagmiddag richting Velp, alwaar we de
eerste fouragepost hadden in het studen
tenkot van Alex Wieland. Die liet ons een
staaltje van zijn kookkunst zien: sla met
spek en stukken worst en een lekkere pint
bier, daar zouden we de komende dagen wel
op vooruit komen. We zouden bij hem blij
ven overnachten, om de volgende ochtend
vroeg richting Barger-Compascuum te
vertrekken.
De weervoorspellingen waren helaas niet al te
best: namelijk veel regen en onweersbuien.
Echte doorgewinterde vogelaars laten zich hier
door echter niet snel uit het veld slaan. Nadat de
lucht wat opgeklaard was, konden de twee
DBA'ers onder ons, Alain en Alex, zich niet meer
inhouden en moesten we op pad, richting Ooy-
polder bij Nijmegen. Daar in de buurt was een
Dwergooruil gemeld, die al enkele weken op
dezelfde plaats zat en er was ook grote kans op
Kwartelkoning, nog zo'n zeldzame rakker.
Omdat deze vogels pas heel laat op de avond
gaan roepen, besloten we onder leiding van gids
Alex eerst nog een avondwandeling te maken in
de Millergerwaard, een schitterend natuurgebied
met uiterwaarden en prachtige moerasbossen.
Men hoopt hier stilletjes op de terugkeer van
Zwarte ooievaar en Visarend. De Nachtegaal
was hier volop aan het zingen en ook dienden
de eerste muggen zich aan. Die zouden we later
dit weekend nog meer tegenkomen. Toen we
uiteindelijk terugreden richting de plaats van de
Dwergooruil, stonden daar al twee vogelaars
met een camper te posten. Ze beweerden dat de
vogel net gevlogen was en hadden hem co-
heel duidelijk horen roepen. Ondertussen was
het al 22.30 uur geworden en behoorlijk donfe'
en kwamen er nog andere vogelaars bij I e:
groepje staan. Hierbij was wel een heel exce n-
triek figuur, die allerlei aantekeningen stond te
maken op een of ander kladje, wat niet te lezar1
was.
En opeens klonk daar uit een grote boem
bij een paar eenzame huisjes op een zomerdjk
de schitterende roep van de Dwergooruil. V 'e
besloten om het geluid op te nemen op een
cassettebandje. Er kwamen nog enkele fa
natiekelingen bij staan, die beweerden iets
verderop een Kwartelkoning gehoord te hebben,
Ook een nieuwe soort voor Alain en ondergeta-
kende.
Ineens zag ik in het donker het silhouet van eon
kleine dikke vogel in het gebladerte van de
boom vliegen en hoorde ik weer het geluid ven
de Dwergooruil, een roep die je nooit meer ken
vergeten. In de verte riep dekwartel, een fami
lielid van de Kwartelkoning.
We reden uiteindelijk weer verder naar een plek
waar weer wat andere vogelaars stonden. De: e
bleken uit de Achterhoek te komen en hier
hoorden we dan voor het eerst in de uiterwac'-
den twee Kwartelkoningen roepen. Een schit
terend geluid: CREX CREX, heet de vogel in haf
Latijn en zo roept hij ook.
Ondertussen was het middernacht geworden en
besloten we terug naar Velp te rijden. Orsj
weekend kon eigenlijk al niet meer stuk.
De andere ochtend vertrokken we met lichte
regen richting Barger-Compascuum. Dit wes
14