1 Kken voor allerlei sluip- en kruipdoor- viteiten van de vogels. 5 meent dat het wel een rommeltje wordt op duur, kan natuurlijk om de zoveel jaar het de bodemrottende en verterende hout ghalen en nieuwe takkenhopen maken. Het akent wel dat het wormen- en insectenleven :o'n hoop, vogelvoedsel dus, meteen ook de i uit gaat. dan: water in de tuin. Wie moet woekeren t ruimte kan zich beperken tot een drinkbak, s die maar steeds met redelijk schoon water uld blijft. Dag in, dag uit zullen er vogels nen drinken. Wie zich een kleine of grotere er kan permiteren wordt nog beter beloond, s daar waar niet zoveel vogels broeden, is er vinters van alles te verwachten. Is de omge- g wat vogelrijker, de tuin wat groter en is het tijdje droog weer, dan is de waterplek mid- punt van een voortdurend vogelgedoe. A het vriest hak ik een wak in de vijver en houd water open. Het gedreun van de bijl op het met als gevolg schokgolven die zich door het ;er voortplanten, zou slecht zijn voor vissen in vijver, maar ik heb geen vissen in het water mag dat probleem dus overslaan. Salaman- s zitten er, bruine kikkers: reigervoer als ze h 's winters niet goed kunnen verstoppen. N ïuurlijk in de tuin V Jbeschouwd is een tuin kunstmatig, want d or mensenhanden gemaakt. Toch bevat een 1 n natuurlijke elementen. Een tuin die in c 3reenstemming met de omringende natuur is ngelegd, biedt uitsluitend voordelen. Omdat c inheemse planten, en ook de dieren, van r ;ure in de omgeving thuishoren, hebben ze z h ook aangepast aan de grondsoort en het maat van jouw tuin. Dergelijke tuinen zijn endelijk voor het milieu en hebben bovendien en kostbare voorzieningen nodig, n natuurlijke tuin bestaat uit een collectie de planten die samen een welkom leefgebied rmen voor allerlei soorten dieren. Of de tuin is ontworpen om nestelende vogels aan te kken, kleurrijke vlinders of ander fascinerende ?ren, zo'n thematuin vormt een bron van hoonheid en plezier. een natuurlijke tuin ben je eigenlijk meer een geleider dan een tuinier. Je ontdekt verban- n met het planten- en dierenrijk. Je ziet dat paalde planten dieren aantrekken, omdat ze stuifmeel, nectar of ander voedsel leveren. Of omdat ze een veilige beschutting bieden. Dieren zorgen ook voor de verspreiding van planten en zo kun je regelmatig zaailingen ontdekken die ver van de moederplant staan. Als je tuin be plant is met soorten die in verschillende seizoe nen bloeien, geniet je niet alleen meer van je tuin, maar ook het hele jaar door! Bovendien kan je dan ook meer bezoek verwachten van dieren en insecten. Een vijver of een ander watertje in de tuin trekt dieren aan. Veel uiteenlopende soorten insecten en vogels zoeken voedsel in of bij het water. Het boek: Salamanders, snoeken en andere slootbewoners beschrijft het leven wat we in een natuurlijke vijver zonder goudvissen of andere siervissen kunnen verwachten. Met het boek: Natuurlijk in de tuin: tuinieren met wilde planten komt u meer te weten over de plantenwereld om u heen. Het is een gids die u voor fouten behoedt en u helpt bij het uitkiezen van de juiste beplanting. Ontdek wat bijvoor beeld een vijver of een wilde-bloemenwei in uw tuin teweeg kan brengen aan bezoek van vlin ders, vogels en andere dieren die in de omgev ing voorkomen. Gebruik de tuinhabitatwijzer -vol opmerkelijke bloemen, indrukwekkende bomen en andere aantrekkelijke wilde planten, verdeeld in zeven typen groeigebieden- om die inheemse planten uit te kiezen die uw type tuin het best gedijen. Natuurlijk in de tuin biedt heldere informatie en ideeën voor een tuin vol kleur en actie; van het uitkiezen van een assortiment planten die voor de eigen situatie geschikt zijn tot het aantrekken en identificeren van het dierenleven dat u na tuurlijk in de tuin verwacht. Natuurlijk in de tuin: tuinieren met wilde planten Wiert Nieman, Florrie Hillenius-Gehrels. Kees van Wis sen. Jan Huisinga, Arnoud van den Berg. Groen Boekerij Kosmos-Z&K Uitgevers. Utrecht, 1998. ISBN 90 215 3103 8 Salamanders, snoeken en andere slootbewoners Frans Buissink en Ewoud de Groot. Uitg. Schuyt Co, Haarlem. 1998. ISBN 90 6097 465 4 21

Tijdschriftenbank Zeeland

de Steltkluut | 1998 | | pagina 23