Knot OUD en NIEUW Zaterdag 9 januari. Noteert u dat maar alvast in uw agenda, want dat wordt een bijzondere dag. Het wordt een echte KNOTREUNIE. Alle knotters, jong en oud, die ooit eens met de Steltkluut-knotploeg op stap zijn geweest, zouden we graag op deze dag verwelkomen. Wanneer de eerste knotdag was? Ja, wie herin nert zich dat nog. Het moet ergens in de winter van '71 of '72 geweest zijn en het was aan de Steenovens. Zoveel is wel duidelijk. Het was de start van een activiteit die alleen maar zou leiden tot méér. Geen enkele zaterdag werd overgeslagen, althans niet in het knotseizoen en dat loopt, zoals u wellicht weet, vanaf begin november tot eind maart. Later kwamen er mensen die zich er zelfs beroepsmatig mee gingen bemoeien, met dat knotten. Maar daar is natuurlijk geen kunst aan. Nee, vrijwilligers moet je hebben, die gewoon voor de lol in hun eigen vrije tijd in de kou en regen naar buiten gaan, zich een bult sjouwen aan al die takken, soppend in hun lekke laarzen door de natte wei zwoegend met een gemeterd stuk hout op de schouder. En natuurlijk, te pas en te onpas, die koeievlaaien (of zijn dat tegen woordig koeienvlaaien? En zou dat dan daarom minder erg zijn?). Zagen die klem komen te zitten in het veel te zware hout en lange, dikke takken die midden in de sloot terechtkomen en wie weet wat voor ellende allemaal nog meer. Maar een leut dat we hadden. En nog! Een reünie van al die mensen die er ooit bij waren. Het was een hechte groep die natuurlijk in de loop der jaren van samenstelling veran derde. Veel mensen hebben elkaar al vele jaren niet meer gezien, want zo gaat dat. Je raakt elkaar uit het oog. Je verhuist weg uit de streek. Je interesses veranderen, je werk slokt teveel tijd op, er zijn kortom kweet-niet-hoeveel rede nen te bedenken die verantwoordelijk zijn voor het feit dat de tijden nu eenmaal veranderen (sommigen van ons zijn zelfs getrouwd "en hebben kinderen!!). Door Peter Mr a Zet kortom, deze ploeg mensen opnieuw een bij elkaar en de verhalen komen vanzelf. He zullen verhalen zijn over bijvoorbeeld een egeltji en een indrukwekkende steenarend aan dl Steenovens, takken die zo dik waren dat di zaag er gewoon niet door kwam aan de Knol een bevallige boerendochter die ons 's mor gensvroeg ontvangt in ochtendjas (ooh Aagie waar zit je?). De auto van Geert waar we met zj allen eigenlijk net niet inpasten, het bijzondere hartverwarmende houtkacheltje in het huisje val Jaap, het tot zes uur 's avonds in het donker me een zaklampje zoeken naar dat ene zaagje wa we nog kwijt waren aan de Paardendijk. Er is een verhaal van Henny, over het plant er van een jonge knotwilg aan het Parad j< (bovenop een deur! een deur ja!!) en een snip permachien waar we maar niet vanaf kwamen ir Middelburg. Niet uitgepraat raken we over te warme chocolademelk en te dikke erwtensoep of te plakkerige pannenkoeken. Frieten er frikandellen bij Mevr. den Hamer aan de Toren- berg bij Zaamslag (kon zij toch zeker niet wetur dat we net allemaal in onze vegetarische pet- ode zaten!). Piet, beter bekend als Pietje var Waes, die een onwaarschijnlijk hoge snelheic weet te bereiken als er een tak zijn richting uitkomt aan het Zwartepaadje bij Terneuzen (QNDEHU1TI). De Reus, die met ongekende kracht en doorzettingsvermogen takken afzaag! aan de Aandijkseweg (pas jaren later kregen we in de gaten dat die man gewoon ook een nor male naam had: Hilbrands). En dan natuurlijk Adrie, die het vermogen in zich had om een voudig met zijn stemgeluid een volwassen knotwilg omver te blazen fSPUI-tJI-tJI-UI'). Tal rijke gebroeders, zoals die van Calle, Ottens Jansen en zelfs Maas die samen met Henk en Titus aan de Zandplaatweg de reputatie ven Knokploeg in plaats van knotploeg vestigden Veel verhalen over goede boeren en sneit- boeren, deze laatsten dan zonder erwtensoep wel te verstaan. Ondertussen bent u natuurlijk nieuwsgierig geworden want dit wilt u vast niet missen. De datum weet u inmiddels: 9 januari. We hebben 26

Tijdschriftenbank Zeeland

de Steltkluut | 1998 | | pagina 28