A
hebben het helaas niet overleefd. Verder gaat
het richting Hengstdijk. Daar moet in de kerkto
ren ook weer zo'n kast geplaatst worden. Maar
voor we aan de klim beginnen moeten we eerst
even een bak koffie drinken, bij Pol Mahu, een
vrijwilliger die voor de kerk allerlei klusjes doet.
De kast moet in de toren bij de kerkklok, net
achter de galmgaten. Door een nauwe wentel
trap gaat het omhoog. Om overlast van duiven
te voorkomen zijn de galmgaten met gaas afge
spannen. We moeten dus een gat in dat gaas
knippen, precies passend op de ingang van de
kast. Via een spagaat en balancerend op het
balkenwerk bereiken we de gewenste plaats.
We vragen ons maar even niet af, of deze werk
wijze nu wel helemaal arbo-wet veilig is. Naast
ons hangt die enorme bel van de klok. We be
seffen dat die om half twaalf zal gaan luiden en
zijn toch wat bevreesd voor de hoeveelheid de
cibels die dat zal geven. Walter vindt het geen
probleem om voor de zekerheid even wat oor
beschermers te gaan halen. Net voor half twaalf
en vele tientallen traptredes later, verschijn het
bezwete hoofd van Walter weer door het houten
luikje. Voor iemand op leeftijd heeft hij toch nog
een behoorlijke conditie. Juist op het moment
dat hij met een triomfantelijke glimlach de oor
beschermers wil aangeven, klinkt dan plotseling
toch die enorme dreun van de klok! Blijkt dat
ellendige ding net een minuutje voor te lopen...
Direct na de middag halen we Oscar van Dors-
selaer op. Oscar is ook een vrijwilliger bij de
kerkuilenwerkgroep en hij heeft veel contacten
met boeren in het land van Hulst. Bij Mortier
Vlas te st. Jansteen kunnen in de verschillende
schuren twee kasten geplaatst worden. Op een
werkhoogte van 12 meter zijn alleen stalen
spanten, dus timmeren is er niet bij. Met ijzer-
draad wordt er een hangconstructie gemaakt. In
de ene schuur kunnen we via het "huizenhoog"
opgestapeld vlas in de nok komen. Onder die
golfplaten is de temperatuur zelfs wel rond de
40 graden, zo schatten we. Enorm zweten dus.
Ook hier vinden we talrijke braakballen. In de
andere schuur ligt geen vlas. Hoe nu deze
hoogte bereiken. Dat blijkt geen probleem. De
vlasser haalt een vorkheftruck tevoorschijn, in
clusief een werkbakje, waar we in kunnen
staan. Even later worden we mechanisch om
hoog geduwd. Toch wel een beetje eng, de
vorkheftruck verdwijnt haast uit het zicht, zo
hoog lijkt het. En het bakje wiebelt flink, maai
volgens Walter, die verstand van zulke zaker
heeft, was het toch veilig.
De volgende schuur is een prachtige oude.
haast vervallen exemplaar op de Louisahoeve
Daar hangt al een kast, maar die zit letterlijk to:
de nok toe vol met braakballen. Hoeveel gene-
raties kerkuilen zouden hier in de loop der jaren
zijn opgegroeid? Die oude kast leeg maken en
repareren zou te veel tijd gaan kosten. We be
sluiten de kast gewoon te laten hangen en er
een nieuwe naast te plaatsen. Weer verder gaal
de tocht, langs oude- en nieuwe boerenschuren
Hoog trapezewerk en het plaatsen van nieuwe
kasten wordt afgewisseld met eenvoudige repa
raties van al bestaande kasten. Overal worden
we vriendelijk ontvangen. Je kunt merken dat
de landbouwers veel sympathie met dit project
hebben. Je hoort verhalen over vroeger en hoe
die mannen van toen al die kasten ophingen.
Verhalen over het geheimzinnige leven van ce
prachtige kerkuil. De hoeveelheid stof en spin-
newebben wordt er intussen niet minder om.
Aan het eind van de middag is Walter, aan zijn
kenmerkende silhouet nog steeds wel goed te
herkennen. Het wordt tijd voor een intensieve
douchepartij.
Va/
i -">44.4-
-1
18