SPRINKHANEN EN KREKELS IN OOST ZEEUWS-VLAANDEREN Door Lucien Calle In het laatste nummer van Het Zeeuwse Land schap stond een artikel over Sprinkhanen en Krekels in Zeeland, van de hand van Lucien Calle. Dit artikel is voor de situatie van Oost Zeeuws-Vlaanderen voor De Steltkluut bewerkt. Daarnaast zal in de volgende Steltkluut een tweede deel toegevoegd worden, wat ingaat op de actuele ontwikkelingen van de populatie veldkrekels uit het Clingse bos. ledereen kent sprinkhanen. Je hoeft op een zo merse dag maar een stap in de berm te zetten en hele massa's vluchten al springend voor je weg. En wat is een zwoele zomeravond nu zon der het aanhoudend en romantisch getsjirp van deze zingende insecten. Voor de insectenlief hebber vormen deze dieren een aantrekkelijk groep om aan te werken. In de eerste plaats zijn er niet zo gek veel soorten, 25 in Zeeland, zodat ze gemakkelijk allemaal zijn te leren kennen. Er is een Nederlandstalige determinatietabel en alle soorten hebben Nederlandse namen. Ze maken een duidelijk hoorbaar en goed te onder scheiden geluid, zodat de dieren betrekkelijk eenvoudig zijn te inventariseren. Om die gelui den te leren kennen bestaan er zelfs cd's en cassettebandjes met alle geluiden er op. Enkele soorten hebben een indicatiewaarde voor de kwaliteit van de biotoop en dat is weer iets waar de terreinbeheerder zijn voordeel mee kan doen. Voor we ons in allerlei ecologische details gaan verdiepen moeten de diertjes zelf natuurlijk ook even voorgesteld worden: de Orthoptera, ook wel rechtvleugeligen genoemd, worden naar de lengte van de voelsprieten in twee groepen on derverdeeld: de langsprieten en kortsprieten. Onder de langsprieten worden de sabelsprink hanen (met een langwerpig borststuk) en de kre kels (met een breed borststuk) gesorteerd. Bij de kortsprieten horen de doornsprinkhanen (die hele kleintjes met een zeer lang halsschild) en de veldsprinkhanen. Rare jongens zijn het overi gens, ze "zingen" met hun vleugels en poten en horen met hun buik (veldsprinkhanen) of poten (sabelsprinkhanen). Vrouwtjes van de sabel sprinkhanen en krekels hebben een duidelijke legboor aan het eind van het achterlijf, veld sprinkhanen hebben daar twee eilegkleppen. Het kleurenpatroon kan vooral bij de veldsprink hanen heel variabel zijn. Variërend van allerlei tinten groen, geel, purper tot dieprood, zien de dieren er werkelijk schitterend uit. ECOLOGIE Doordat veel van de soorten erg algemeen zijn spelen ze een nadrukkelijke rol in de voedsel- kringloop. De veldsprinkhanen zijn vegetariërs en verorberen een flinke hoeveelheid van vooral grassen. Veel sabelsprinkhanen eten daarnaast ook hele massa's kleinere insecten. Ze vormen zelf ook een belangrijke voedselbron voor vo gels, o.a. zanglijster, ekster en zelfs torenvalk werden betrapt bij het naar binnen werken van sprinkhanen. Van een ooievaar werd vastge steld dat hij binnen een kwartier 266 van deze springbeesten wegwerkte. In de insectenwereld zijn er ook soorten die zich gespecialiseerd heb ben op sprinkhanen. Bijvoorbeeld de graafwes- pen van het geslacht Tachyspex, waarvan er ook soorten binnen Oost Zeeuws-Vlaanderen voorkomen, voeden hun larven met verlamde sprinkhanen. VERBREIDING Hoewel de Nederlandse soorten over het alge meen genomen niet goed kunnen vliegen, en zich daardoor niet zo snel kunnen verbreiden, is het uitermate boeiend om hun verspreidingspa tronen te bestuderen. Een soort die buitenge woon traag nieuwe gebieden weet te kolonise ren is de greppelsprinkhaan. Zo is aan de ver spreiding van deze soort nog steeds te zien wel ke delen van Zeeland tijdens de watersnood ramp zijn getroffen. Ook de populaties greppel sprinkhanen werden in de overstroomde gebie den namelijk verwoest. Zo'n 50 jaar na dato zijn deze dieren nog steeds niet terug, vanuit de om ringende niet overstroomde delen! Van een aantal soorten hebben enkele individu en langvleugelige vormen. Deze exemplaren 8

Tijdschriftenbank Zeeland

de Steltkluut | 2002 | | pagina 10