UITNODIGING NAJAARSVERGADERING gekeken is naar een mogelijke combinatie met eerder verzameld materiaal uit de haven van Terneuzen en Hoek. Daaruit bleek dat zowel de Hoekse als de Terneuzense eiken dateerden van 3643 tot 3264 jaar voor onze jaartelling. Daaruit kan gesloten worden, dat in ieder geval gedurende een periode van 400 jaar in dit gebied gegroeid hebben. Helaas was het tot nu toe niet mogelijk om ook de grove dennen te dateren. Hiermee is het niet mogelijk om de eiken en grove dennen in een tijdelijke samenhang te plaatsen en een duidelijker idee over de ontwikkeling van het bos te verkrijgen. Amersfoort: Rijksdienst voor het Oudheidkundig Bodemonderzoek 17, 7-27 Sass-Klaassen, U., E. Hanraets en G. Rietbroek, 2002. Stageverslag: Het begraven bos van Terneuzen Vos, P.C., R.M. van Heeringen. 1997. De ontstaansgeschiedenis van het Zeeuwse kustlandschap. CD-Rom Nederlands Instituut voor Toegepaste Geowetenschappen TNO Helaas was het niet mogelijk tijdens de opgraafwerkzaamheden de ligging van eiken- en grove dennen precies vast te leggen. Het is niet te traceren of de grove dennen en eiken boven elkaar of door elkaar heen in het veen zaten. Daarmee kan geen indicatie worden verkregen over de tijdelijke ontwikkeling van et bos wat betreft het voorkomen van eik en grove den. Ook was het niet mogelijk kleinere houtmonsters voor houtdeterminatie te verzamelen. De beschrijvingen van Munaut (1967) wijzen o.a. op de aanwezigheid van berken (Betula spp.). Om het ontstaan, de ontwikkeling en de structuur van het begraven bos van Terneuzen in kaart te brengen zal een opgraving van een of meerdere deelvlaktes plaats moeten vinden. In de afgelopen jaren heeft ROB/RING in samenwerking met Biax Consult, Alterra, Archeologische Dienst Zwolle en de Gemeente Rijswijk ervaringen opgedaan met het opgraven van (pre)historische moerasbossen. Een dergelijke benadering zal antwoord op deze vragen geven (Kooistra et al., in prep.) Dit alles zal moeten gebeuren voor de aanleg van het baggerdepot en andere bedrijven terreinen in de Koegorspoider. Dankwoord Met dank aan George Calon voor het ter beschikking stellen van de literatuur. Literatuur Kooistra, L.l. van Rijn, P. Hanraets, E. en U. Sass-Klaassen, in prep. Referentiebeelden uit het verleden: onderzoek naar verdwenen moerasbossen in Nederland. Munaut, A.V. 1967. Etude paléo-écologique dun gisement tourbeux situé a Terneuzen (Pays Bas). In: Berichten van de Rijksdienst Datum dinsdag 10 december '02 Plaats: bezoekerscentrum De Baeckermat Bernhardstraat 80, Westdorpe Tijd: vanaf 19.30 uur Agenda: Welkom Mededelingen Notulen voorjaarsvergadering Begroting 2003 Verslagen werkgroepen Rondvraag Pauze Na de pauze zal er gelegenheid zijn om video's te bekijken. Aan de leden wordt gevraagd hun videomateriaal mee te nemen. 14

Tijdschriftenbank Zeeland

de Steltkluut | 2002 | | pagina 16