stonden, werden de vogels niet veel eerder
gezien of gehoord in 2002. In een aantal
gevallen zelfs wat later. De eerste jongen van
het de wilde eend werden in 2002 8 dagen
eerder gezien dan in 2001. Dit is de sterkste
vervroeging van alle soorten die we hebben
kunnen constateren. De vink werd in 2002
gemiddeld 4 dagen later gehoord dan in 2001.
Op basis van de hoge temperaturen eind januari
en in februari in 2002 hadden we verwacht dat
de vink dit jaar wel eerder gehoord zou worden.
Blijkbaar speelt de temperatuur hier een minder
belangrijke rol dan we dachten. Van een paar
soorten vonden we een vervroeging van 11
dagen of meer, maar dit is niet betrouwbaar
aangezien het aantal waarnemingen voor die
soorten veel te laag is.
Ook de trekvogels waren in 2002 op basis van
deze waarnemingen niet vroeger in Nederland in
vergelijking met 2001Mogelijk dat het slechte
weer in Zuid Europa hier de oorzaak van is
geweest.
Populaire vogelsoorten
De tjiftjaf, boerenzwaluw en gierzwaluw waren
de meest gemelde soorten van de afgelopen
twee jaar. Nog niet alle waarnemingen zijn
verwerkt, maar van de eerste tjiftjaf zijn zo'n 100
meldingen gedaan in 2002 en 118 in 2002. Van
de gierzwaluw kwamen in 2001 121
waarnemingen binnen. Verder werden veel
meldingen gedaan van de fitis, koekoek, grutto
en de 1e jongen van de wilde eend.
Vlinders
De verschijningsdatums van vlindersoorten in de
jaren 2001 en 2002 verschillen sterk van elkaar.
Net als bij de planten waren in het voorjaar van
2002 veel vlindersoorten vroeger dan 2001. In
een aantal gevallen is de maximale vervroeging
bij vlinders nog sterker dan bij de planten. Daar
waar de vervroeging van 2002 ten opzichte van
2001 maximaal 21/22 dagen is (maarts viooltje
en sering) laten het bont zandoogje en de kleine
vuurvlinder een vervroeging zien van gemiddeld
respectievelijk 30 en 29 dagen. Ook het
boomblauwtje, het landkaartje en het klein
koolwitje zijn in 2002 meer dan 3 weken vroeger
dan 2001. Als we naar de mediaan kijken, dus
naar de datum waarop 50% van de vlinders van
een soort in een jaar gezien zijn, dan blijkt dat
het klein koolwitje en het boomblauwtje boven
de 30 dagen vervroeging uitkomen in 2002. Bij
beide methoden laten dezelfde soorten een
vervroeging zien van drie weken of meer: klein
koolwitje, bont zandoogje, boomblauwtje, klein
geaderd witje, landkaartje, en kleine vuurvlinder.
Daar waar vrijwel alle planten in 2002 vroeger
waren dan in 2001, zien we bij de vlinders toch
ook soorten waarvan de verschijningsdatum in
2002 nauwelijks of niet verschilt met 2001 (bijv.
dagpauwoog). Verder zijn er soorten die in 2002
zelfs later waargenomen werden (bijv.
distelvlinder, koninginnepage, atalanta). Het is
nog onduidelijk wat hiervan de oorzaak is. Het is
bijvoorbeeld vreemd dat in 2002 de eerste
melding van de koninginnepage al op 31 maart
viel wat als zeer vroeg gezien wordt. Ook de
eerste melding van de atalanta in 2002 op 31
januari was vroeg te noemen.
Populaire vlindersoorten
Ook van de vlindersoorten hebben we een
overzicht gemaakt van de hoeveelheid
waarnemingen die binnen zijn gekomen. In
zowel 2001 als in 2002 wordt de eerste plaats
ingenomen door de citroenvlinder met resp. 90
en 103 waarnemingen, en de tweede plaats
door het oranjetipje met 67 waarnemingen in
2001 en 73 in 2002. In 2002 staat de atalanta op
de derde plaats en in 2001 was dit de
dagpauwoog.
23