Deze laatste zat verborgen tussen het hoge gras bij donker winderig weer en werd verstoord tij dens een paddestoelenzoektocht. Ook van deze witte vorm verscheen er in de re gionale dagbladen, PZC en De Stem (resp. 11 en 10 sept. 1998) een artikel. Lichtgeel gekleurde, geen Colias hyale, (4) wer den vooral gezien in de buurt van de Wester- scheldedijk in de gemeente Hulst in het vlieg- seizoen 2000. Ondertussen is de familie van de Winckel met 'hebben en houden' naar Tasmanie vertrokken om daar in het groot kruiden te telen. Het ca. 8 ha groot (klein) bedrijfje in Axel had toch een grote aantrekkingskracht op allerlei vlinders en natuurliefhebbers van diverse pluimage. (4) Colias hyale is een trekvlinder die uit Oost Europa komt. Colias croceus is een trekvlinder die uit Zuid Europa komt. Geraniumblauwtje, Cacyreus marshalli Op 20 augustus 1999 werd door dhr. I. Vermeu len in een lichtval in zijn tuin te Waterlandkerkje een Geraniumblauwtje gevangen. Dit kleine vlin dertje werd nog niet eerder in Nederland waar genomen. Deze vlindersoort komt oorspronkelijk uit Zuid Afrika en is waarschijnlijk met geranium planten van daaruit meegekomen naar Zuid Europa en dan gaan uitzwermen. Tegenwoordig leggen vele planten grote afstan den af via via en mogelijk is er een rups of pop meegekomen als verstekeling met een vrachtau to of vliegtuig. Mede dankzij het fotografisch talent van de heer Vermeulen is dit toch wel bijzonder exemplaar voor het nageslacht bewaard gebleven. In de zuidelijke delen van Europa komt deze vlindersoort al veelvuldig voor. Wie weet wanneer dat wij hier deze vlinders vol op kunnen waarnemen Tot slot Bloemrijke akkerranden is nieuw in de polders. Eigenlijk alleen maar goed toepasbaar voor vlin ders wanneer er ook een andere biotoop in de nabijheid is. Zogenaamd geïsoleerde bloemrijke akkerranden waar alleen landbouw rondom ligt is mogelijk alleen maar voor het trekvlindertype zoals de Atalanta, Distelvlinder, Gele- en Oranje luzernevlinder. Een Bont zandoogje bijvoorbeeld heeft midden in een akkerland niets te zoeken. Die moet grasland met een zoom van struiken en dan nog liefst op het zuiden hebben. Om een Atalanta in de buurt te houden moet er Grote brandnetel aanwezig zijn en wat dacht u van de Akker- en Speerdistel voor de Distelvlinder rups. Deze laatst genoemde planten (ik wil dit geen onkruid noemen) worden heftig bestreden. Een Gehakkelde aurelia die overwintert als een dor aardappelblad? Een verloren akkerpunt nabij loofbomen of loofhoutsingel is prima. Midden in de polder is eigenlijk alleen maar rendabel voor imkers die hun bijenkasten vlakbij of in zo'n veld zetten. Vlinders die om het nageslacht veilig te stellen op feromonen vliegen vrouwelijke lokstoffen) zullen het niet redden met bv. een varkensmes- terij in de buurt, geur verdoezelaars ten spijt. Maaien en maaisel afvoeren is te duur. Bermen vergrassen sterk door het maaiklepelen. De stik stofgift wordt steeds hoger en resulteert tot nog meer klepelen. Vooral pech voor de kleine standvlinders die in de bermen leven zoals het Icarusblauwtje. Schrale zandgronden en maïs, je van het om de mestoverschotten te dumpen. Rond sommige percelen hangt een heel jaar strontlucht en hier helpt geen litertje lekker rui kend parfum Toch is het niet allemaal kommer en kwel. Te Heikant (Wilde landen) in de gemeente Hulst is 'Delta Nutsbedrijven' een schitterend natuur gebied met veel water aan het realiseren. Mo gen wij er binnenkort de Kleine ijsvogelvlinder begroeten? Ook andere gevleugelde vrienden zijn welkom. Wij blijven alert!! Geraadpleegde literatuur: Uitgeverij Uniepers Abcoude De Vlinderstichting Dagvlinders van de Lage Landen Ir. M.H. Tax, Atlas van de nederlandse dagvlin ders B.J. Lempke, de Nederlandse trekvlinders Div. uitgaven van de Vlinders van de Vlinder stichting 16

Tijdschriftenbank Zeeland

de Steltkluut | 2004 | | pagina 18