GLASTUINBOUW IN DE GEMEENTE TERNEUZEN
In augustus 2004 verscheen Nieuwsbrief num
mer 1 over: Glastuinbouw in de Gemeente Ter-
neuzen.
Hierin stellen de Gemeente Terneuzen en Zee
land Seaports hun plannen voor. Ging men eer
ste nog uit van 80 ha in de Koegorspolder, nu
blijken dit 360 ha te worden: het zuidelijk deel
van de Koegorspolder (60 ha), een groot deel
van de Smidschorrepolder en de Autichepolder
(samen 300 ha).
Op de zitting van de raadscommissie Omgeving
van 9 september '04 werd het plan voor een gro
te glazen stad politiek voor besproken. Hier bleek
een belangrijk deel van de gemeenteraad van
Terneuzen harde garanties van het college van B
en W dat de bewoners van Westdorpe en omge
ving geen hinder zullen onder vinden van lichtuit-
stoot in de nacht.
Op de gemeenteraadsvergadering van 23 sep
tember wordt de startnotie glastuinbouw bespro
ken en wordt besloten of een Milieu Effect Rap
portage (MER) wordt uitgevoerd. Dit nummer
van het tijdschrift ligt dan bij de drukker). Op
voorschot van de uitslag van de raadsvergade
ring heeft de redactie het onderstaand artikel op
genomen in dit tijdschrift.
Glastuinbouw in Nederland
De glastuinbouw is belangrijk voor de Nederland
se economie. De waarde van de onder glas ge
teelde producten bedraagt meer dan drie miljard
euro. Zo'n 75 a 80 procent van de Nederlandse
glastuinbouwproducten wordt geëxporteerd. De
totale oppervlakte aan kassen bedraagt ongeveer
10.000 hectare, verdeeld over ruim 13.000 bedrij
ven. De Nederlandse glastuinbouwbedrijven bie
den werk aan circa 40.000 mensen.
De oudste glastuinbouwgebieden in Nederland
zijn het Westland (ingesloten door Rotterdam,
Delft en Den Haag) en Aalsmeer (onder Amster
dam). De Westlanders begonnen in de 19e eeuw
met het telen van komkommers in 'glazen huis
jes'. Dat waren de zogenaamde lessenaars en
kopkassen, die aan één kant tegen een muur
leunden. Op een enkele plaats in het Westland
zijn deze kassen nog te zien. In de loop van de
tijd gingen de Westlanders steeds meer soorten
groenten en fruit en later ook bloemen en planten
telen. Hun Aalsmeerse collega's hielden het
voornamelijk bij de sierteelt van bloemen. Aals
meer is de bakermat van de commerciële bloe-
Oppervlak dicht bebouwd met glastuinbouw
men- en plantenteelt. De sierteelt in Aalsmeer
kwam aan het begin van deze eeuw op gang.
De laatste tien jaar worden er steeds meer kas
sen verlicht door speciale verlichting, zogenaam
de assimilatieverlichting. Vooral rozen en andere
snijbloemen blijken beter en sneller te groeien als
ze meer licht ontvangen. Door in de wintermaan
den verlichting op de planten te richten, is de
kweker voor zijn bloemenproductie niet meer af
hankelijk van de zomerzon. Dit levert de roodgele
luchten boven kasgebieden op. En het kost bo
vendien veel energie. Een kilo tomaten kost bij
voorbeeld 1 kubieke meter gas. De Nederlandse
tuinbouw gebruikt bijna tien procent van het tota
le Nederlandse gasverbruik.
Probleemanalyse: Tuinbouw in het Westland
In de huidige stand van zake veroorzaakt de bo
vengrondse tuinbouw veel overlast. Deze over
last bestaat uit lichtvervuiling voor de omwonen
den en de andere levende organismen rondom
de kassen. Het stijgende ruimtegebrek in landen
als Nederland is er debet aan dat men de kassen
liever kwijt dan rijk is.
Een kas is tevens niet het gesloten systeem dat
het eigenlijk zou moeten zijn: bekend is het te
veel aan land- en tuinbouwgif in Zuid-Hollandse
sloten en kanalen. Ook betekent dit dat ziektes
ongestoord om zich heen kunnen grijpen.
6