ESTUARIENE NATUUR,
...en héél veel centen
Dinsdag 17 mei 2005 kwam minister Veerman
van Landbouw, Natuurbeheer en Voedselkwa
liteit naar het Scheldetheater in Terneuzen. Hij
kwam uitleggen wat onze nationale regering
had afgesproken met het Vlaamse gewest en
wat daarvan de consequenties voor Zeeland
zullen zijn.
Een impressie van deze avond.
Wat een fantastische omschrijving: estuariene
natuur! Je hoeft nog niet eens te snappen wat het
betekent, maar je voelt het gewoon meedeinen
op de golven van het getij. Probeer het maar
eens. Houd allebei je handen recht voor je, doe
de ogen dicht en zie de Westerschelde voor je en
zeg dan langzaam en zachtjes in jezelf: Estuarie
ne natuur. Zie je wel, het werkt echt! Je armen en
handen gaan als vanzelf op en neer in een na
tuurlijke golfbeweging!
En toen kwam de minister vanuit Den Haag om
aan Zeeland uit te leggen waarom er estuariene
natuur ontwikkeld moet worden. Maar liefst 600
hectare. Waarom zoveel, vragen veien zich af?
Waarom zo weinig, vragen weinig anderen zich
af? "U kunt er op rekenen dat we dit getal goed
gaan onderbouwen" zo zegt de minister. "Ik zit
hier met een glashelder verhaal" zo legt hij verder
uit en het is dat hij het met zoveel overtuiging en
nadruk zegt dat je het wel moét geloven en dat je
het wel laat om te denken dat een glashelder
verhaal wat op losse schroeven staat als je het
genoemde getal nog moet onderbouwen.
Nee, het gaat niet om de negatieve effecten die
een volgende, 3e verdieping zal hebben op het
natuurlijk ecosysteem van de Westerschelde. Het
zijn meer de gevolgen van de 2e verdieping en
alles wat we met z'n allen daarvoor al verprutst
hebben aan dit unieke systeem. Verprutst? Wat
dan? Afgezien van vaargeulverdieping en nog
afgezien van de enorme vervuiling die onze ma
terialistische wereld uitbraakt over de Wester
schelde, wat hebben we nog meer gedaan wat
invloed had op deze estuariene natuur? Oh ja,
inpolderingen natuurlijk.
Na 1960 is nog 1450 ha ingepolderd. De laatste
was de Nieuw Neuzenpolder II in 1976. Daarvoor
door: Peter Maas
de Braakman in 1952, 1525 hectare, en de Bath-
polders, in 1906, 700 hectare. En dan gaan we
niet eens meer dan 100 jaar terug.
Plotseling staat die 600 hectare in een heel ander
daglicht!
Eén ding moetje de minister meegeven. Hij geeft
heel duidelijk de consequenties aan van de over
eenkomst die de Nederlandse regering met het
Vlaamse gewest gesloten heeft op 11 maart j.l.
Die 600 hectare die komt er. En hij windt er geen
doekjes om: dat betekent ontpolderen. Alleen dan
krijgen we natuur die vergelijkbaar is met wat
verloren is gegaan. Ondertussen krabbelen we
even achter het oor. Kennelijk zijn al die projec
ten waar de laatste jaren aan is gewerkt een
beetje voor niets geweest. Al die herstelmaatre
gelen aan de Zeeuws-Vlaamse kreken bijvoor
beeld. Betaald met geld uit de pot 'Natuurherstel
Westerschelde', hebben niet het effect gehad
waarop was ingezet. Maar goed, ons hoor je hier
over niet klagen natuurlijk.
En de Zeeuwse bestuurders halen alle hens aan
dek om hun toch wel wat ongemakkelijke spagaat
enigszins dragelijk te maken. Want formeel heb
ben ze een duidelijk standpunt: "Wij zijn tegen
een verdere verdieping van de Westerschelde",
zo wordt stellig gezegd. En dan is het even stil en
je weet dat daar nog wat achteraan komt. En
inderdaad, daar komt nog een 'maar' achteraan.
"Maar als het dan toch moet, dan halen we er
voor Zeeland uit wat er in zit". En er zit heel wat
in. Geld wel te verstaan. Liefst 200 miljoen om
die 600 hectare te financieren en we hoeven ons
geen zorgen te maken. Er wordt ingezet op een
'royaal landbouwflankerend beleid'.
En ontpolderen? Nergens staat geschreven dat dit
alleen natuur moet zijn. Het plannetje van Perkpol-
der wordt als voorbeeld genoemd. En daar zijn
prachtige combinaties denkbaar met een jachtha
ven, golfterrein en nieuwbouw aan het water. En
ook de bestuurders uit de gemeente Sluis wordt
het nu wat nat rond de lippen. Nu ook aan de pol
ders rond het Zwin het getij wordt teruggegeven
blijkt het project Sluis aan zee 'still alive'!
14