4
lagen de nesten in de directe omgeving van
foerageergebied: ondiep water en slikrandjes.
Van de 9 broedgevallen mislukten er 5 in de
ei-fase. Het nest in de Braakman ging na
enkele dagen verloren doordat na langdurige
regenval het kleine eilandje overstroomd werd
door water. Dit was rond 30 mei. De beide
nesten in de Putting en het nest in de Polsvliet
gingen verloren door vertrapping van vee.
Eén van de twee nesten in Saeftinghe is
weggespoeld tijdens springtij rond 3-4 juni. De
Stelkluten verdedigen de omgeving van het
nest bijzonder fel. Luid roepend en
achtervolgend worden predatoren verjaagd.
Op geen enkele locatie is vastgesteld dat de
nesten door predatie verloren zijn gegaan.
Van 3 nesten werd de legselgrootte
genoteerd: 2 keer 3 eieren in de Putting en 1
keer 4 eieren in Saeftinghe. Van de
Steltkluten in Saeftinghe is genoteerd
wanneer deze gestart zijn met broeden op
een compleet legsel. Na 22 dagen broeden
zijn de eieren op 21 juni uitgekomen. De
gemiddelde broedtijd is 22-25 dagen (Snow
Perrins, 1998). Het eerste ei kwam uit voor
9.00 uur 's morgens, het laatste ei kipte rond
16.00 uur. Vanaf de vogelkijkhut was een
prachtig zicht op de familie Steltkluut. De
jongen weten zich goed te verstoppen tussen
de vegetatie en het vergt dan ook enige
inspanning om ze met de telescoop allemaal
op te sporen. Lange tijd leek het hier, ondanks
het matige weer (regen en koude), goed te
gaan. Na twee weken waren nog steeds 3 van
de 4 jongen in leven. Plotseling was het stil.
De anders zo waakzame ouders stonden op 8
juli stilletjes op de broedlocatie. Er waren
geen jongen meer te zien. Wel liep er een
Grote Zilverreiger op de plaats waar anders
de jongen rondscharrelden.
In de Sofiapolder ging het iets beter. De
eerste jongen werden hier gezien op 27 juni.
Ze moeten er toen toch al een tijdje
ongemerkt rondgelopen hebben. Op 19 juli
werden 2 net vliegvlugge jongen gezien, ze
doen er ongeveer 28-32 dagen over om
vliegvlug te worden. Ook waren er op die dag
2 halfwas jongen. Waarschijnlijk hebben hier
alle 3 de broedparen jongen gehad. Op 7
augustus werd hier een dode adulte Steltkluut
gevonden, doodsoorzaak botulisme. Op 18
augustus werd een bijna dood jong gevonden,
oorzaak botulisme. Dit was tevens de laatste
waarneming van een Steltkluut in 2005.
Mogelijk dat in de Sofiapolder 2 jongen zijn
uitgevlogen.
Al met al een mager resultaat. Hopelijk gaat
het in 2006 beter. Een belangrijke factor is het
weer gedurende de broedperiode. Steltkluten
zijn liefhebbers van warm weer. Geschikte
broedgebieden zijn er dankzij de
natuurontwikkelingsprojecten van de
afgelopen jaren in ieder geval aanwezig in
Zeeuws Vlaanderen. Gebieden met ondiep
water, slikrandjes en eilandjes met kale grond
zijn net als voor veel andere soorten het
perfecte broedgebied. Op locaties waar vee in
de broedkolonies van Steltkluten en andere
op de grond broedende vogels kan lopen is
het raadzaam het vee later in te scharen of er
voor te zorgen dat ze de nesten niet kunnen
12
