- Vacature Weidevogelwerk -
Vacature Kerkuil- en Steenuilwerk
"Werk je eens in de nesten"
Elk jaar worden op het akker- en weiland in
Zeeland de nesten beschermd van kievit,
scholekster, grutto en kluut. Dit gebeurt door
vrijwilligers die in de maanden maart tot en
met juni bij boeren op het land de nesten
opsporen en markeren met bamboestokjes.
Zo weet de boer of loonwerker waar de
nesten liggen en kan hij er met de machines
omheen werken. Vaak echter wordt de
vrijwilliger ook gevraagd om tijdens het
ploegen, eggen of zaaien de nesten te
verleggen. De vind- en uitkomstdata worden
in een kleien administratieboekje bijgehouden
en later via internet ingevoerd in de landelijke
database. Zo weten we aan het eind van het
seizoen wat de lotgevallen van de nesten
waren.
De beginnende weidevogelaar wordt
ingedeeld in een bestaande groep waar hij
wordt ingewerkt. Is er geen groep in een
bepaald gebied, dan wordt de begeleiding
verzorgd door Stichting Landschapsbeheer
Zeeland (SLZ). SLZ heeft ook een overzicht
van weidevogelrijke gebieden, zodat
woonplaats en weidevogelgebied zoveel
mogelijk op elkaar afgestemd worden. De
beloning: genieten van weer en wind; toegang
tot veel ongekende ruimte en praktische
betrokkenheid bij het lief en leed in de natuur!
Wie: Jong en oud, man of vrouw
maar wel goed ter been of scherp zicht.
Waar: Vooral Walcheren, Zuid-
Beveland en Zeeuws Vlaanderen.
Periode: Maart tot en met juni.
Tijd: Onregelmatig: ongeveer 1
dag per week: overdag en bij droog weer.
Nodig: Verrekijker; goed schoeisel dat ook
vuil mag worden: winddichte kleding,
zonnebril of pet met klep. Telescopen zijn
eventueel te leen.
Vervoer: Afhankelijk van de afstand auto of
fiets; meerijden op afspraak per groep
verschillend.
Coördinatie: Stichting
Landschapsbeheer Zeeland
Nanning-Jan Honingh of Alex Wieland
Postbus 286
4460 AR Goes
0113-230936/
info@slz.landschapsbeheer.nl
www.landschapsbeheer.nl/ zeeland
"Laat je eens op de kast jagen!"
Kerkuilwerk
De kerkuil is een witte verschijning die u
wellicht eens in het licht van de koplampen
bent tegengekomen. Vanouds broedden
kerkuilen in de grote boerenschuren, waar ze
binnen in de graanopslag de muizenstand
regelden. Tegenwoordig broeden ze in
nestkasten die hoog in de bedrijfsgebouwen
van akkerbouwers en veetelers hangen.
Muizen vangt de kerkuil nu buiten boven
akkerranden, wegbermen en slootkanten.
Sinds de jaren tachtig zijn verschillende
werkgroepen actief op nestkasten op te
hangen. Sindsdien is het aantal broedparen
tot meer dan 100 gestegen. Kerkuilen bouwen
geen vetreserves op, dus in strenge winters
hebben ze het moeilijk.
De verschillende werkgroepen controleren
jaarlijks de kasten op de aanwezigheid van
kerkuilen. Ook de broedgevallen (soms
meerdere per jaar) en de aantallen jongen
worden geregistreerd. Verder wordt de laag
braakballen uit de kasten verzameld en
doorgegeven aan de zoogdierwerkgroep.
Omdat de kerkuil een uitgebreid menu van
muizensoorten verorbert, worden veel
interessante dingen in de braakballen
26