ET I •Dagvlinders
O chl odes venata R ichard Lewington
Groot dikkopje
Tekening uit: Dagvlinders van Europa, ETI/de Vlinderstichting, 2000
Bij onze werkgroep waren er geen meldingen
van de doodshoofdvlinder, slecht drie waarne
mingen van de windepijlstaart en acht van de
oranje luzernevlinders en minder dan 50
waarnemingen van de distelvlinder. Kolibri,
gamma en atalanta zaten zeker onder het
gemiddelde.
Toch noteerden we een zeer zeldzame trek-
vlinderde roodstreepspanner (Rhodometra
sacraria).
Tellingen moeten nog aantonen hoe het in
2005 met de libellen is gegaan, maar van
enkele soorten is al bekend dat die minder
werden gezien.
Ook hebben we twijfels of de smaragdlibel de
baggerwerkzaamheden te Clinge zal overle
ven.
In de gemeente Hulst werden, zoals verwacht,
minder meikevers waargenomen. In Vogel
waarde werd een veenmol gevangen en in
Hulst een mierenleeuw. Tijdens de vlinderex
cursie te Axel werd de tijgerspin meerdere
keren gezien.
Samenvattend was 2005 was voor veel vlin
dersoorten het slechtste jaar van de afgelo
pen tien jaar. Mogelijke oorzaak was het
weer. Vooral mei was zeer koud en juli zeer
nat. Bovendien werden in juni te Lamswaarde
in een lichtval uitzonderlijk grote aantallen
sluipwespen aangetroffen. Het nu gebruikelij
ke maaibeheer van bermen en sloten zal ze
ker niet bijdragen aan herstel van flora en
fauna.
Toch een pluim voor de gemeente Hulst, die
op ons verzoek, medewerking verleende aan
het behoud van vlinders door het maaien op
enkele plaatsen uit te stellen. Het door de
gemeente Hulst bij de linie aangelegde vlin-
derveld is een succes. Er werden hier relatief
veel vijf-vlek-sint-jansvlinders gezien.
Wij hopen het jaar 2006, het jaar waarin onze
werkgroep haar 20-jarig bestaan viert, wat
positieverte kunnen afsluiten.