4 Predatie van bijen en wespen door vogels Door Luciëm Calle. Bij veel mensen heerst de opvatting dat bijen en wespen over het algemeen weinig te duch ten hebben van vogels. Natuurlijk, we kennen allemaal de verhalen over de wespendief, de zeldzame buizerdachtige roofvogel die nesten van wespen openbreekt om er de larven te kunnen opvreten. En de nog veel zeldzamere bijeneter met zijn prachtige metallic veren kleed. Maar verder leeft het idee dat predatie van vogels op bijen en wespen toch een be trekkelijk zeldzaam gebeuren is. Niet op vol wassen dieren doordat ze kunnen steken en ook niet op de larven doordat die vaak op voor vogels onbereikbare plaatsen wegge stopt zitten. Een aantal waarnemingen in de eigen tuinen van een aantal insectenliefheb bers in Zeeuws-Vlaanderen werpt toch een ander licht op de zaak. Op mijn balkon in de Walstraat in Terneuzen is er een uitgebreide insectenwand. Er han gen bundels met riet en geboorde houtblok jes. Die worden bewoond door tenminste een dertigtal soorten bijen en graafwespen. De algemeenste soorten in de houtblokken zijn de metselbijen van het geslacht Osmia (cornuta en rufa) en de Tronkenbij. De riet bundels worden vooral bewoond door graaf wespen van de geslachten Tripoxylon (Pottebakkerswespen) en Crossocerus. Op de wand was in 2005 ook een nest van de Fran se veldwesp aanwezig. De rietbundels zitten stevig in metalen huis jes. Dit geeft voldoende houvast, zodat ze goed op hun plek blijven zitten. Bovendien geeft het aluminium een bescherming tegen vraat door vogels. De bescherming bleek hier echter allerminst voldoende te zijn. Want al tijdens de zomer, als de Pottenbakkerswes pen nog met de bevoorrading van hun nesten (met verlamde spinnen) bezig waren, werd er regelmatig zo'n rietstengel van tussen getrok ken en open gepikt. We betrapten de dader, een pimpelmees, op heterdaad. Zo hebben die mezen een makkelijke maaltijd. Op een andere insectenwand in Terneuzen werden in de houtblokken ook verschillende dichtgemet selde nestcelletjes opengehakt. Deze keer waren het koolmezen die hier hun slag sloe gen. Omdat die holletjes in de houtblokken erg smal zijn (tot 10 mm breed), konden ze hier hoogstens alleen de larve uit het eerste celletje pakken. Daarbij hebben we niet pre cies kunnen waarnemen hoe ze dat doen Foto van veldwespen op het nest Foto: Luciën Calle (trekken ze de larf er met behulp van een pootje uit?) en hoe succesvol ze precies wa ren. De hardnekkigheid waarmee de koolme zen bleven volharden in het openhakken van de nestjes, doet vermoeden dat ze wel suc cesvol waren. Opmerkelijk is dat de mezen alleen die nestjes open hakten, waar de af sluitende laag net iets dieper (enkele mm) in het holletje gemaakt was. De nestjes die hele maal tot de buitenrand van het hout dichtge metseld waren, lieten ze steeds met rust. Dat is merkwaardig, omdat bij een ondiepere lig- 15

Tijdschriftenbank Zeeland

de Steltkluut | 2006 | | pagina 15