w
percentielgrens
10%
25%
50%
75%
90%
100%
aantal
83
207
415
622
746
829 (=n)
datum
22 sep
5 okt
11-15 okt
20 okt
1 nov
27 nov
Tabel 1: datumgrenzen van de hoofdtrekperiode (10 en 90%) en
de toptrekperiode (25 en 75%)
kijken bij enkele andere Nederlandse telpos-
ten en hun dagrecords.
Eemshaven in het uiterste noordoosten van
Nederland waar nogal wat trekkers van over
zee het land bereiken: dagrecord 732 ex op
14.10.2005 tijdens 8,5 uur tellen. Was een
topdag voor die soort. Vorige dagrecord lag
op 533 vogels op 26.09.2005.
Beijum een stadsdeel bij Groningen: 9 ex op
30.09.2003 tijdens 4 uur tellen.
Leikeven een parkachtig landschap bij Til
burg: 17 ex 29.10.2005 tijdens 2 uur tellen in
de namiddag.
De Horde een weids open laagveengebied bij
Lopik: 106 ex op 28.10.2005 tijdens 6 uur
tellen. Was een topdag. Vorig record was 70
ex de dag voordien.
Brobbelbies een boslandschap tussen Uden
en Oss: 57 ex op 14.10.2001 tijdens 7 uur
tellen.
De Groote Peel heidelandschap in Limburg:
33 ex op 09.10.2005 tijdens 4 uur tellen.
Biezenburg een gevarieerd landschap van
plassen, gras- en bouwland bij Harderbroek
(randmeren): 85 ex op 29.10.2005 tijdens 7
uur tellen.
Gemaal Lely bij Medemblik op de zeedijk van
het IJsselmeer: 6 ex op 30.09.2004 tijdens 2,5
uur tellen.
Zuidveld een akkerlandschap in Groningen op
de grens met Duistland: 73 ex op 31.10.2005
tijdens 5 uur tellen.
Hondbossche op de zeedijk in Noord-Holland:
124 ex op 15.11.2002 tijdens 4,5 uur tellen.
Tenslotte. Het absolute dagrecord voor Ne
derland ligt in Westkapelle in de Walcherse
duinengordel: 1952 ex op 27.10.2004 tussen
08:00 en 17:15. Het eerste uur waren er al
bijna 1000 gepasseerd! 24.10.2004 was het
vorige record met 562 vogels. Leuk detail: op
25.10.2004 met hetzelfde weertype, maar een
telling na de middag, zag men geen enkele
vogel.
Behalve Westkapelle en Eemshaven zijn de
aantallen dus nergens spectaculair te noe
men. Dagen met meer dan 100 vogels tijdens
zijn er niet zo veel. Telpost Arnhem heeft met
frequente ochtendtellingen in het najaar ge
middeld een seizoensom van 170 rietgorzen
en de telpost Dieren van bijna 600 exempla
ren (Lensink 1996).
Groepsgrootte
De soort trekt alleen. Twee vogels bij elkaar is
geen uitzondering. Soms lijken er zeer losse
groepjes door te komen 3 uitzonderlijk 4 op
behoorlijke afstand van elkaar. Waarbij ze
mogelijks roepen om contact te houden. En
kele malen was er sprake van meer. Vijf vo
gels bij elkaar op 14.10.1990 in het 4° kwartier
(dat is een half uur na zonsopgang) en zes
vogels bij elkaar op 3 november 1990 in het
4° kwartier ZZW vliegend. Let op de late da
tum. Vermeldenswaard is het doorkomen van
6 vogels afzonderlijk in het eerste kwartier
(een half uur voor zonsopgang) op 16 oktober
1985. Mogelijks was 1985 een topjaar, maar
toen totaliseerde ik slechts 80 teluren i.p.v.
100.
21