De Steltkluut 1956-2006 (slot)
iPZöOGDoerf^Êi^
=RGP"n€L6iï!ii=
mmmÈnÊMm
®o^omjye©iiM
Deel 5.
door Adri Paauwe
In de loop der jaren is natuurbescherming
steeds meer geaccepteerd door de "gewone
man" en door de overheid. We zien dat de
vereniging serieus wordt genomen. Vanaf het
midden van de jaren '80 worden de natuur- en
milieuverenigingen professioneler. Er komen
allerlei vormen van samenwerking en de be
leidsbeïnvloeding wordt op het terrein van alle
overheden aangepakt.
Zo ontstaan organisaties als Z.M.F en S.L.Z.
De Steltkluut heeft nauwe contacten met bei
de clubs.
De Z.M.F. en Steltkluut ondersteunen elkaar
en vullen elkaar aan wanneer het gaan om
reacties op overheidsplannen. We doen dit nu
van
door
MARGABUISE GEOROE M.P.6POH6ELEE
daardwerk
al vaak in het voorstadium. Voordat gemeen
ten of provincie met een plan naar buiten
komt is er al contact over geweest; is er op
gereageerd.
Het gevolg is een andere benadering. Voor
heen moest via bezwaarschriften achteraf
worden geprobeerd om ons gelijk te halen. De
manier van nu is effectiever. We moeten wel
oppassen dat we bij de plannenmakerij kri
tisch blijven en er voor zorgen dat het stand
punt van de vereniging meegewogen wordt.
De Steltkluut is vertegenwoordigd in alle land
inrichtingscommissies die sinds 1985 aan de
slag zijn geweest. In de steeds modernere
gedachten van landinrichting is ruim plaats
voor (nieuwe) natuur. In alle projecten zijn
aanzienlijke aantallen hectares natuur her
steld of nieuw aangelegd (Canisvliet, Eiland
van de Meyer, Gat van Pinte, Groot-Eiland,
Braakman-Noord enz.) Ook door actieve deel
name aan het bestuur van waterschap en
gemeenten is de invloed vergroot.
Om te komen tot een centrum voor natuur-
educatie (m.e.c.) is jaren gepraat met ge
meentebesturen. Na veel vijven en zessen
ontstond Natuur Zo.
Uniek is de financieringsstructuur van het
centrum (via Delta, Olaz, gemeenten). Sinds
de vestiging in de bibliotheek van Terneuzen
zit het m.e.c. nu ook op een prominente
plaats.
Een belangrijke bijdrage aan de erkenning die
de vereniging krijgt komt van het vele vrijwilli
gerswerk.
Er worden steeds meer hoogwaardige rappor
ten gemaakt, al dan niet op verzoek van over
heidsinstanties. Een voorbeeld is een onder
zoek in opdracht van Rijkswaterstaat naar de
effecten op het gedrag van vogels op het aan
brengen van oeverbestorting bij Saeftinghe.
Door de vogelwerkgroep worden heel veel
inventarisaties gedaan in heel Oost-Zeeuws-
Vlaanderen (waaronder Saeftinghe).
Ook belangrijk zijn de inventarisaties van vlin
ders, libellen, diverse bijensoorten en andere
10