LJ I fl I II W f! 25 15 I—iLw Figuur 7 aantal doortrekkende Grote Lijs ters per decade II— n nnw nvvwnvv w wzw zwzzw z zzo zo ozo o ono no on Figuur 8 vliegrichtingen Grote Lijsters Verloop over de vroege ochtend Ook deze soort wordt vooral na zonsopgang waargenomen. Kwar tier 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 Aantal n=62) 1 3 5 3 6 13 14 9 2 6 Vliegrichtingen Dat nogal wat vogels in zuidoostelijke richtin gen trekken valt buiten de verwachtingen. Het is vastgesteld in september, oktober en no vember. Ook de westelijke richtingen vallen wat buiten de verwachtingen. Zouden dit alle maal lokale verplaatsingen kunnen betreffen tussen het kleinschalig deklandschap in het oosten en het dijkdorp Westdorpe met zijn vele tuinen en plantsoenen in het westen? En zijn er misschien nauwelijks echte doortrek kers gezien?. BEFLIJSTER Algemeen De Beflijster leeft in boreaal klimaatgebied en de gebergtezone, alsmede in geringe mate zelfs in gematigde toendragebieden. Overwin tert hoofdzakelijk in de landen rond de Middel landse Zee (Voous 1960). Enkel de broedvo- gels van Groot-Brittannië en Fenno- Scandinavië komen voor Nederland in aanmer king als doortrekkers. De najaarstrek speelt zich merendeels af tus sen eind september en eind oktober, met het hoogtepunt gewoonlijk in de tweede week van oktober (Witkamp 2002c). Dagrecords zijn o.m. 90 vogels op 15 oktober 2005 (De Nolle- Vlissingen), 23 vogels op 5 oktober 2003 (Strabrechtse Heide), 22 vogels op 8 oktober 2004 (Zweefvliegveld Maidens Vlak) en 20 vo gels op 17 oktober 2005 (Landschotse Heide. Telpost 502 Hoewel er telposten zijn met honderden vogels elk najaar is de Beflijster een zeer zeldzame 15

Tijdschriftenbank Zeeland

de Steltkluut | 2006 | | pagina 15