4 Ornithologisch-gastronomisch reisje naar Tsjechië met Vogelwerkgroep De Steltkluut Een verslag door Peter Meininger 29 april-6 mei 2006 Het begint allemaal op de avond van de dag waarop het nieuwe Breskensboekje officieel was gepresenteerd, 25 maart 2006. Aan de trappist vóór de paling in 'HCR DE VRIENDSCHAP' in Hoofdplaat, raak ik aan de praat met Henk Castelijns. Henk is geen trou we Breskensganger, maar altijd in voor een sociale gebeurtenis in de streek, zeker als het over vogels gaat en er trappist bij wordt ge dronken. Uiteraard gaat het gesprek over vo gels, we komen op uilen en spechten en uit eindelijk op het pijnlijk ontbreken van enkele dezer soorten op 'mijn lijst'. Na een derde trappist nodigt Henk mij spontaan uit aan te sluiten bij de begin mei geplande excursie van de Vogel werkgroep Oost-Zeeuws Vlaanderen naar Tsjechië, waarbij de begeerde soorten zich stellig en gegarandeerd, als op een pre senteerblaadje, zullen aandienen! Ik sputter nog wat tegen: ben immers geen lid van die vogelwerkgroep, verstaan wij elkaar wel, mijn uitdrukkelijke wens zelf te rijden, ik snurk hard, heb een povere conditie, Ook kleven er wat lijsttechnische risico's aan een buiten lands verblijf in de eerste week van mei, om over het potentieel missen van Dé Breskens- dag van het millennium nog maarte zwijgen. Uiteindelijk zwicht ik voor de verleiding van Dwerguil, Oeraluil, Drieteenspecht en Wit rugspecht (stellig aangewezen door een loka le gids!), zet vrouw en kinderen een paar we ken op droog brood en neem stiekem een voorschotje op het vakantiegeld. Op zaterdag 29 april vertrekken we, tien man nen, variërend in leeftijd tussen 25 en 67, verpakt in drie auto's. We overbruggen de ruim 1000 km via de snelle Duitse Autobahn in goed 12 uur, nemen onze intrek in een aar dig pension in Volary, en zitten om 20:00 aan de eerste copieuze, met drank overgoten maaltijd in de lokale evenknie van 'HCR DE VRIENDSCHAP'. Sneeuw De volgende ochtend ontwaken we in een witte wereld: er is zeker 5 cm sneeuw geval len, en dat op 30 april. Na een stevig ontbijt ontmoeten we onze gids voor de komende dagen: Slavek (door mij al snel Slavink ge doopt), die ook zijn verse blonde vriendinnetje heeft meegebracht. Ik stap achter in de 4-WD van Slavink: hij rijdt erg hard over besneeuw de, bochtige wegen, ondertussen met zijn linkerhand klooiend met GSM en GPS en met zijn rechter friemelend aan zijn vriendinnetje (we noemden dit gedrag later 'scrollen'). Ik vraag me af waar hij mee stuurt... Voor een gids is hij weinig communicatief en ik voel me behoorlijk ongemakkelijk achterin. We voge len in het Sumava nationaal park, eerst in een uitgestrekte, natte, door bos omgeven vallei nabij het dorpje Dobra. Fraai baltsende Kor hoenders, een Raaf en een subadulte man Grauwe Kiek. Paapje en Grauwe Klauwier in de sneeuw vormen een ongebruikelijk beeld. Aan het eind van het weggetje, nabij een pick nickplaats probeert Slavink met geluid een Hazelhoen te lokken. Tot onze verbazing roept er enkele keren een Hazelhoen terug, één van ons ziet een glimp, en daarna is het ruim een uur stil. Dan volgt een pittige wande ling van enkele uren door de sneeuw in een steil hellingbos. Blij dat ik laarzen aan heb. Vier nestkasten van Oeraluil worden vruchte loos beklopt en/of beklommen door jonge honden Wannes Castelijns en Rudolf Wesse- lius. Het ware beter geweest als de gids (die zelf niet uit deze streek blijkt te komen) één en ander had voorbereid! De Oeraluil zou trouwens toch niet 'telbaar' zijn geweest, want het betreft hier uitgezette vogels (een soort Zwin-Ooievaars dus). Knoflooksoep en koffie in Dobra. De hele middag karren we rond in het besneeuwde middelgebergte nabij Volary, maken vele stops voor Hazelhoen en

Tijdschriftenbank Zeeland

de Steltkluut | 2006 | | pagina 8