Tot slot zijn er een aantal aanbevelingen ten
aanzien van beleidsmakers, bestuurders,
uitvoerders en beheerders van natuurontwik
keling. Hierbij dient te worden aangestipt dat
deze binnen een juiste context dienen te
worden geplaatst. Hierover dienen geen mis
verstanden te bestaan. Er wordt bijvoorbeeld
geen vrijbrief gegeven om nu maar lukraak
bomen en struiken te gaan rooien. Men dient
ons inziens bij dat soort maatregelen het
authentieke Zeeuws-Vlaamse landschap
zoveel mogelijk voor ogen te houden. In dat
landschap is naast de grondeleenden en
steltlopers volop plaats voor vleermuis, veld-
spitsmuis, kruipend moerasscherm, platte
bies, boomkikker en kamsalamander. Al de
ze soorten kwamen oorspronkelijk - dus
voor de grote landschapsveranderingen van
na 1940 - veel talrijker voor dan nu het geval
is.
Buitendijkse maatregelen ten dienste van
pioniers:
•Aanleg van telkens nieuwe gebieden combi
neren met baggerwerken
•Afsluiten van deze gebieden gedurende het
broedseizoen (verstoring tegengaan)
•Inlagen aanleggen langs de Westerschelde
en bij voorkeur te combineren met inlaat van
Scheldewater gedurende de wintermaanden
•Successie vegetatie tegen gaan
Binnendijkse maatregelen ten dienste van
pioniers en weidevogels:
•Natuurlijk peilbeheer en meer water.
•Aanleg van flauwe slikkerige oevers en veel
ondiep water
•Herstel van zoute kwel waar mogelijk
•Aanleg of herstel van steilranden (ook reliëf
binnen de weidegebieden toelaten)
•Begreppeling aanbrengen als perceelsgrens
en ook in lage natte delen
•Verwijderen opgaande beplanting in de be
trokken gebieden en eromheen. Werken met
knotbomen en heggen.
•Geen bossages/struwelen aanplanten in en
bij weidegebieden
•Versnippering tegengaan: minder predatie
Binnendijkse beheersmaatregelen ten dien
ste van weidevogels:
•Goede afspraken omtrent te verrichten werk
zaamheden en de veedichtheid. Vooral de
controle hierop is van groot belang.
•Tegen gaan van verruiging
•Vertrapping door koeien niet tegen gaan:
reliëfvorming (buiten-slenken-structuur) en
open houden slijkstranden en -randen
•Vermijden van overbegrazing: oppassen met
inscharen: 3 ha melkkoeien
•Bij de beweiding dienen vanwege voorgaan
de drie punten een lage begrazingsdruk in het
voorjaar - het broedseizoen - en een hoge
vanaf de zomer - na het broedseizoen - cen
traal te staan.
•Waar mogelijk beweiding met rustig vee:
melkvee, drachtige koeien.
•Beweiding op maat: beweiding gedoseerd
toestaan afhankelijk van de vogeldichtheid die
er is in het betrokken jaar
•In stand houden van de begreppeling
•Gedurende de broedtijd bewaking en/of slu-
ting van gebieden
•Onderhoud knotbomen en heggen (tegen
gaan van predatie)
•Ten behoeve van de pioniers droogtegevoeli-
ge plekken tweemaal jaarlijks omwerken
Mare Buise
Zandstraat 34 4561 SE Hulst
Het volledige rapport met alle cijfers en
toelichting is op te vragen bij de Steltkluut.
Kijk voor prijs en bestelwijze op:
www.Steltkluut.nl
8