Hij voelt zich heel fijn hoog in de bomen.
Maar als er lekkere nootjes onderaan de
stam liggen, gaat hij makkelijk naar bene
den om snel weer omhoog te roetsjen.
"Stil nou toch eens", zei hij, "hoorde je
niks?" En meteen nam hij een sprong.
Hij schoot door de lucht en kwam wel zes
meter verderop terecht tegen de stam
van een andere eik, waarop hij direct
klemvast met zijn klauwtjes zat vastgena
geld. Met moeite zakte ik van tak tot tak
naar beneden en beklom de andere
boom om verder te praten. "Je kunt er
niets van," zei de eekhoorn lachend.
"Absoluut, totaal helemaal niets.
De boommarter lust elke eekhoorn wel
rauw. Om te vluchten voor deze boom
mater doet de eekhoorn verschillende
trucjes, zoals het zweefspringen, waarbij
de staart werkt als een parachute.
17