Nacht van de Nacht in het Gaaienbos Zaterdag 30 oktober was het weer Nacht van de Nacht en dat betekende voor het eerste bataljon van de Gaaien in actie komen. Rond drie uur trok een select gezelschap gewapend met tenten en zagen het Axelse Smitschorre in. Natuurlijk was dit veel te laat voor alles wat nog gedaan moest worden. Daarom werd al meteen besloten om de groep op te splitsen. Sander zou het kamp bewaken. En de Bassen samen met Yannick gingen proviand inslaan. Bij terugkomst hebben we de tenten opgezet en zijn hout gaan sprokkelen om het 's avonds ook enigszins aangenaam te maken. De tijd drong echt dus opnieuw hebben waren we genoodzaakt op te splitsen. De Bassen zijn een ronde uit gaan zetten om 's avonds nachtvlinders te inventariseren met smeer. Yannick en Sander hebben de zware taak op zich genomen om het bij elkaar verzamelde hout te zagen en waar nodig door midden te hakken. Terug op het kamp is de missie verder bespro ken. De troepen zijn richting Axel getrokken om daar de magen te vullen. Alweer snel moesten we verder om richting de watertoren te gaan. Daar werden tal van excursies gegeven, helaas waren de meeste al vol of begonnen. Dat was voor ons reden om te besluiten dat we onze nachtvlinderronde gingen lopen. Daar hadden we plots nog twee belangstel lenden die wel wat foto's wilden maken van deze nachtelijke pracht. Even moest er geïm proviseerd worden hoe we nou gingen lopen, het zou nogal knullig zijn om eerst naar het kamp te gaan en dan vervolgens weer terug te lopen dus werd besloten de ronde in omgekeerde richting te doen. Op de eerste locatie hadden we weinig spectaculairs, op een paar vierkantvlekuilen, bruine herfstuilen en een verdwaalde wachtervlinder na zat er niet veel. Aan het smeer kon het in ieder geval niet liggen want dat was van goede komaf. Dus hielden we de moed erin. De tweede locatie zou vast meer op leveren. Ook omdat we hier eerder al eens met een excursie van onder meer Anton Baaijens waren geweest en daar toen goede resultaten behaald werden. Toch viel het ook hier wat tegen, wellicht verwachtten we te veel. We konden vier soorten toevoegen waar we er slechts twee van meenden te herkennen. De ene was de zwartstipvlinder en de ander hielden we op groente-uil, later bleek het voor de groente-uil al vrij laat in het jaar te zijn. In ieder geval vrij zeker konden we de bosbesuil toe voegen. En de laatste houden we voorlopig op de variabele herfstuil. We vervolgden ons pad. Zowel locatie drie als vier leverden geen nieuwe soorten op. Op de volgende locatie werd door Bas, en om praktische redenen houden we de achternaam geheim, de zeer zeldzame en nog nooit eerder waargenomen Argusvlinder gezien, echter voor de rest arriveerde liet deze zich van de boom vallen. Bij enig navragen bleek het toch om de wat minder zeldzame, maar desalniettemin mooie Agaatvlinder te gaan. De laatste locatie leverde nog een herfstrietboorder op. Ons avontuur wat betreft de nachtvlinders liep ten einde en we scoorden in totaal zoon 90 exemplaren verspreid over een kleine tien soorten. We namen afscheid van de fotograven, bedankten voor de aandacht en gingen richting het kamp. Daar werd nog wat nagesproken en eens geluisterd naar de nachtelijke geluiden. Moe maar voldaan trok een ieder langzaam richting zijn tent. 's Morgens stond verrassend genoeg het bos nog overeind, naar ik meende was 's nachts een troep werkzoekende houthakkers het bos ingetrokken om dat even met de grond klein te maken. Blijkbaar had ik mij vergist. We werden getrakteerd op een heerlijke verfrissende ochtendbui. We hadden nog taart van de dag tevoren, want we hadden een jarige Gaai en dat kon natuurlijk niet ongemerkt voorbij gaan. Langzaam maar zeker werd het kampterrein weer terug gebracht in nagenoeg oorspronke lijke staat, de bus ingeladen en vertrokken we moe en afgepeigerd van onze missie weer huiswaarts. Bas de Maat W ilWWT.^^»gg Wachtervlinder, Bruine herfstuil en Zwartstipvlinder

Tijdschriftenbank Zeeland

de Steltkluut | 2010 | | pagina 20