9
Natuurontwikkeling Margarethapolder 3
"Kaaytjesgat"
b
tr1
p
CfO,
p
In de Margarethapolder (Noord) is in 2006
ongeveer tachtig hectare nieuwe natuur
gerealiseerd in het kader van het Natuur
compensatieprogramma Westerschelde.
Dit natuurgebied bestaat uit (licht brak)
water, riet, hooi- en weiland.
Het beheer van het gebied is in handen
van Staatsbosbeheer die ook zorgt voor
geleide excursies buiten het broedseizoen.
Er staat een vogelkijkscherm in het gebied
en een vogelobservatiepunt bovenop de
zeedijk.
Als beheersmaatregel vindt extensieve
begrazing plaats door runderen in bepaalde
delen van het gebied.
Deze zomer zijn de planten in het gebied
geïnventariseerd. In het noordoosten van de
Margarethapolder zijn onder andere Fraai
duizendguldenkruid, Bleekgele droogbloem,
Waterpunge, Gekroesd plakkaatmos, Echt
vetmos en Stomp dubbeltandmos gevonden.
Specifiekere soorten zoals Strandduizend-
guldenkruid, Sierlijke vetmuur of Zeevetmuur
zijn niet aangetroffen, maar wel ter plaatse
talrijk de Rode Lijst-soort Middelst knikmos,
pionier van basenrijk nat zand, midden in
het gebied Duits viltkruid, eveneens Rode
Lijst-soort en Schaafstro, een zeldzame
paardenstaart.
De vogelwerkgroep van de Steltkluut voert
jaarlijks een BMP-project uit in dit gebied
om de ontwikkeling van de vogelstand op
de voet te kunnen volgen.
Uit het onderzoek volgen ook aanbevelingen
voor Staatsbosbeheer zoals het tegengaan
van verruiging van de vegetatie, waardoor
soorten als Kluut en Plevier mogelijk verdwijnen.
De Bruine Kiekendief, Buizerd, Torenvalk en
Slechtvalk hebben hier hun jachtgebied.
Twee broedpogingen van de Bruine Kiekendief
zijn dit jaar mislukt, waarschijnlijk door predatie
van Zwarte Kraai en/of vossen.
Inmiddels is een aaneengesloten gebied
van ruim vijftig hectare verworven door de
Provincie Zeeland en wordt uitbreiding van
het gebied mogelijk. Het uitbreidingsproject
heet Margarethapolder 3 met als toevoeging
"Kaaytjesgat". Het betreft de derde fase binnen
de begrenzing van de Margarethapolder, met
een verwijzing naar de kreekrest die op histori
sche kaarten is aangeduid als "Kaaytjesgat".
Op grond van historische, bodem- en hoog-
tekaarten is het plangebied geanalyseerd.
De gronden waren tot voor kort in gebruik
als bouwland. Het nieuwe plangebied grenst
direct aan de stad Terneuzen, verder bestaat
de omgeving uit open polderlandschap met
populierendijken.
De kreekrest is gereduceerd tot een smalle
sloot en wat laagten in het terrein. De percelen
die in 2007 zijn verworven, zijn in 2008 in
gezaaid en voorzien van rasters. Ook zijn
twee poelen gegraven.
Bij compensatie is het van belang de verloren
natuurwaarden zoveel mogelijkte benaderen.
De ontwikkeling van zoute natuurwaarden
heeft bij de Natuurcompensatie Westerschelde
prioriteit, maar is hier niet haalbaar, vooral
omdat de polder te hoog ligt. Het oppervlakte
water zal licht brak blijven.
Het hoofddoel van de derde fase is het ontwik
kelen van natuur. Een belangrijk nevendoel
is het creëren van recreatief medegebruik.
Al aanwezig is een oudere waterpartij omgeven
door houtopstanden en een vrij aanzienlijke
populatie Rugstreeppadden in de aangren
zende woonwijk
Door middel van peilverhoging van het water
en het accentueren van reliëf, kan zich een
gevarieerd natuurgebied ontwikkelen. De
nog in meer of mindere mate herkenbare
oude kreekuitlopers vormen hierbij het uit
gangspunt. De laaggelegen kreekbedding-
gronden van het oude Kaaytjesgat kunnen
verder worden vernat en verschraald door
afgraven van de voedselrijke toplaag. De oor
sprong van de smalle sloot in het bouwland
wordt daarmee weer zichtbaar gemaakt.
Uitgangspunt voor de inrichting van het
noordelijk deel van het gebied, vormt de op
de hoogtekaart nog zichtbare vertakking van
de voormalige getijdegeul aan de noordzijde.
De structuur kan door ontgraving worden
versterkt, met de diepste delen tot onder de
laagste grondwaterstand. Er ontstaan over
gangen van permanent (zwak) brakwater naar
natte graslanden, die deels periodiek inunderen,
en drogere graslanden op de hogere delen.
In samenhang met het natuurgebied aan de
noordzijde vormt dit een broedgebied voor
Veldleeuwerik, Tureluur, Gele kwikstaart en
Grutto.
2
De hoge gronden tussen de Reuzenhoekse
dijk en de kreekrest blijven vrij droog, waar
door deze niet geschikt zijn als broedge
bied voor kritische weidevogels. Ook op bota
nische waarde scoren deze zware gronden
laag. Vanwege de ligging direct aan de stad
Terneuzen, levert de ontwikkeling van een
halfopen gebied met struwelen voor zowel
natuurbeleving als natuurwaarden hier het
beste resultaat op.
Als de plannen werkelijkheid zijn geworden,
krijgen we een natuurgebied met kruiden- en
faunarijk grasland, brak water, moeras, zilt- en
overstromingsgrasland en een struweelbos.
Ten noorden van de kreek is het gebied alleen
beleefbaar vanaf wandelpaden langs de
randen, in verband met de kwetsbaarheid
weidevogelgebied.Ten zuiden van de kreek
is er ruimte vooreen aantal recreatieve voorzie
ningen, zoals wandelpaden, een uitzichtsheuvel
en bankjes. Het zuidelijk deel krijgt vier entrees
zodat toegankelijkheid vanuit de stad Terneuzen
gewaarborgd is.
Bij de inrichting en het beheer van het gebied
zijn meerdere instanties betrokken, namelijk
ProvincieZeeland (verwerving gronden, ver
antwoordelijkheid binnendijkse projecten),
DLG (uitvoeren inrichingsmaatregelen),
Waterschap (peilbesluiten), Staatsbosbeheer
en gemeente Terneuzen (beheersmaatregelen).
Naar verwachting begint DLG in 2011 met
de uitvoering van de voorgenomen inrichtings
maatregelen. Uiteraard moeten daarvoor
eerst de nodige procedures worden doorlopen.
Zowat één dag voor het ter perse gaan van
deze Steltkluut bleek dat Joop de Bakker
als voorzitter van De Insectenwerkgroep de
Gouden Vlinder van de landelijke Vlinder
stichting heeft gewonnen. Joop van harte
geïmiteerd, we vinden het fantastisch,
zeer verdiend en een hele eer. Je bent al
vele jaren een drijvende kracht en op een
bezielende wijze bezig met onderzoek,
voorlichting, educatie en advisering. Dit
nummer is al helemaal opgemaakt, maar in
een van de volgende nummers komen we
hier uiteraard graag op terug.
Lucien Calle
Beleef het zelf
Excursies in het reeds bestaande natuurgebied
Margarethapolder 1 en 2 worden regelmatig
georganiseerd door Staatsbosbeheer. Data
staan vaak in het advertentieblad.
Annemarie Murre
Pt
P
P
Kh«ki(iM M 17 21
The N.» Hak
fclmnritefll S4-I6 2S
I LH 7> (KtTI
c
O
-c
QJ
co
c
QJ
OQ
3
c
P
P
O)
m