Vv m H Lieveheersbeestjes in Oost Zeeuws-Vlaanderen O" Wie kent ze niet, die grappige bolronde kever tjes met hun opvallend gekleurde schilden en stippelpatronen. Lieveheersbeestjes zijn kevertjes die horen tot de familie van de Coccinellidae, met grote en kleine soorten tussen de 2 en 9,5 mm, in het rood, zwart, beige of geel, met stippen of vlekken in ver schillende patronen. Een boeiende groep, die best wat meer aandacht verdient. Het is een leuke groep om te bestuderen. De dieren zijn mooi en meestal eenvoudig te herkennen. Natuurlijk heb je daar wel een goede tabel voor nodig. De beestjes kunnen zelfs in het veld of aan de hand van macro foto's op naam worden gebracht. Bovendien kent deze insectengroep, anders dan veel andere, niet al te veel soorten. Heb je een beestje gevangen dan is het handig dit in een klein doorzichtig potje of buisje te doen. Je kunt de vangst dan goed bekijken. Kom je er in het veld niet uit, dan kun je thuis met goede verlichting, determinatietabel en eventueel een binoculair nog eens rustig kijken. Biotopen Voedselvoorkeur bepaalt de plaats waar de lieveheersbeestjes voorkomen. De een vindt zijn voedsel in de bomen, de ander in het riet, gras of kruidenrijke vegetatie. Daarbij is dan ook nog onderscheid te maken in loof- of naaldbomen, droge, vochtige of zelfs natte vegetaties. Het 19-puntlieveheersbeestje is bijvoorbeeld een soort die leeft in natte milieus. Je vindt ze vooral op kruidachtige planten van natte gebieden, zoals riet, grote wederik of zegge. Wil je verschillende soorten lieveheersbeestjes zien, dan moetje in aller lei biotopen zoeken. Die biotopen hoeven overigens niet groot te zijn. Als er maar veel variatie aanwezig is. Kees de Kraker heeft in zijn eigen tuin in Burgh (Schouwen) zelfs elf soorten aangetroffen! Veel soorten leven van insectenlarven. De algemene zevenstip bijvoorbeeld leeft net zoals veel andere soorten van bladluis. Maar ook andere luizen, bladvlooien en larven van bladhaantjes worden gegeten. Sommige soorten eten planten en schimmels. Elke soort heeft een eigen voedselvoorkeur. Het wilgen lieveheersbeestje eet schildluizen die op wilgen of essen leven, het heggenranklieveheers- beestje eet uitsluitend planten uit de kom kommerfamilie en het meeldauwlieveheers- beestje leeft van meeldauwschimmels. Het schitterend lieveheersbeestje heeft een heel bijzondere voedselrelatie met de rode bosmier. Alleen bladluizen die in kolonies van die mieren leven, worden door hen gegeten. In Zeeuws-Vlaanderen is de rode bosmier zeer zeldzaam geworden. De kans dat we het schitterend lieveheersbeestje hier aan zullen treffen is dus maar klein. Inventariseren Als het zonnig weer is kan je de dieren soms zo op bladeren en soms ook op bloemen zien zitten. Er zijn er echter haast altijd veel meer dan je er ziet. Een handige methode om lieveheersbeestjes te pakken te krijgen is met een insectennet slepen langs de bla deren en door de vegetatie. De dieren zitten immers vaak goed verborgen. Veel soorten zijn nachtactief. Enkele daarvan worden regelmatig ook gevangen met lichtvallen, die voor nachtvlinders opgesteld staan. Het op naam brengen van lieveheersbeestjes is niet moeilijk. Met de Velddeterminatietabel voor de lieveheersbeestjes van België (zie li teratuur) en een goede loep, kun je de meeste soorten wel benoemen. Een leuke site, die je van dienst kan zijn bij het op naam brengen, is Stippen.nl. Er is door de FSC (Field Studies Council) in Groot-Brittannië een zoekkaart uitgegeven over lieveheers beestjes. Hoewel de tekst en namen in het Engels zijn, is het een handig determinatie- werk voor de meest algemene soorten. Wie een steentje bij wil dragen aan het in kaart brengen van deze beestjes, raden we aan alle waarnemingen door te geven. Dat kan oa. via Waarneming.nl of Telmee.nl. Voor het compleet maken van de Zeeuwse lijst en het verspreidingsbeeld, worden ook de gegevens van deze sites gebruikt. De resultaten Het is alweer een flinke tijd geleden dat er een artikel is gepubliceerd in De Steltkluut over lieveheersbeestjes. In 1990 presen teerden Johan Calle en Henk Verlinde een overzicht van hun gegevens. Deze auteurs noemden in hun artikel 12 soorten voor Zeeuws-Vlaanderen. Inmiddels is er door o.a. de insectenwerk groep van het Het Zeeuwse Landschap veel nieuwe informatie verzameld over deze dier- groep.Tijd om de balans eens op te maken. In Nederland komen 60 soorten lieveheers beestjes voor (inclusief microsoorten). In Zeeland zijn nu 26 soorten vastgesteld. In middels zijn er in Oost Zeeuws-Vlaanderen 22 soorten opgemerkt. Er is slechts één soort die voor 1990 wel is vastgesteld en daarna niet meer, namelijk het hiërogliefen lieveheersbeestje (van de Smidsschorrepol- der te Axel). Er zullen in de toekomst ongetwijfeld nog wel enkele nieuwe soorten opduiken. De microsoorten zijn hier overigens buiten beschouwing gelaten. Alle algemenere Nederlandse soorten zijn inmiddels ook in Zeeland waargenomen. De hieronder gepresenteerde gegevens zijn afkomstig van 2 bronnen: Het ORDE bestand van de Insectenwerkgroep van Het Zeeuwse Landschap en www.Waarnemingen.nl. - *r i gg rP Bij het hierboven getoonde kaartje van Oost Zeeuws-Vlaanderen valt op dat er enkele regio's zijn waar meer soorten zijn gevonden. In de eerste plaats het dekzandgebied langs de Belgische grens: daar zitten waarschijnlijk inderdaad veel meer soorten dan in het open polderland. Dat geldt natuurlijk ook voor de Braakman. Een vette stip zien we echter ook inTerneuzen, de woonplaats van de schrijvers van dit artikel. Het gaat hier om een zogenaamd waarnemereffect. De verschillende soorten Het meest algemeen is het zevenstippelig lieveheersbeestje. Het is een van de grotere soorten en is makkelijk te herkennen. Het heeft rode dekschilden met zeven stippen, witte driehoekige vlekjes op het halsschild en aan de basis van de dekschilden. De zevenstip komt zo'n beetje overal wel voor en leeft van bladluizen. Een andere soort die we tegenwoordig ook overal tegen kunnen komen is het veelkleurig Aziatisch lieveheersbeestje. Die wordt ook wel GC ÉT- P P Kaart 1, Kilometerhokken in Zeeland waarin lieveheersbeestjes zijn waar genomen Bron: ORDE bestand HZL. P P A r i Kaart 2, In Oost Zeeuws-Vlaanderen waargenomen lieveheersbeestjes, aantal waargenomen soorten per uurhok 5x5 km), kleinste bolletjes: 2 soorten, grootste bolletjes: 14 soorten. Bron ORDE bestand november 2010. m P

Tijdschriftenbank Zeeland

de Steltkluut | 2011 | | pagina 5