Excursie door het Waterwingebied St. Jansteen, eind september Vandaag maken we een excursie door het waterwingebied in St. Jansteen. We verzamelen aan het informatiebord aan het eind van de Heerstraat. De gids vertelt dat we in een speciaal gebied zijn. Het ligt namelijk op dekzand. Na de laatste ijstijd, ongeveer 10.000 jaar geleden, stond de Noordzee droog. Door de noordwestelijke winden is het zand uit de Noordzee hier naartoe gewaaid. Omdat er toen geen zee was, vind je dus ook geen schelpen in dit zand. Achter het informatiebord staat het pompstation voor de winning van water. Het water komt hier het gebied binnen, wordt gezuiverd en verdeeld. Het pomstation en het watergebied zijn eigendom van Evides. Het ge bied is in beheer gegeven aan Het Zeeuwse Landschap (HZL).We lopen via een wei naar de hoogstamboomgaard. Hier staan fruitbomen die je tegenwoordig bijna niet meer bij de boer ziet: hoogstambomen, met namen als: "Jacques Lebel", "Bijenkorfje" en Mespilus Germanica". HZL wil deze oude, vergeten fruit bomen weer terugbrengen. Ineens schrikken we op. Een eindje verder zien we vijf damhertjes het veldje oversteken. Ze kijken schichtig naar ons, ook zij verwachten ons hier niet. We slaan bij een kabouterhuisje linksaf. Hier staat de reuzenbalsemien. Als iemand uit het groepje zachtjes de zaaddozen aanraakt, schieten de zaden alle kanten op. Links is een veldje met hier en daar een teunisbloem. Dit veldje blijkt een klein akkertje te zijn, dat gebruikt wordt voor het verbouwen van het oude graangewas Evie. Dit is ook iets dat HZL wil terugbrengen in de regio. Het gaat om gewassen die 150 jaar geleden nog in dit gebied voorkwamen, maar die je nu niet meer ziet. Ze zijn verdreven door productievere gewassen. HZL laat soms de oogst staan voor de vogels en andere dieren. We lopen door tot de grote laan en zien daar een restant van een beuk. De onthoofde stam heeft bovenin gaten. Spechten hebben deze uitgekapt. We zien twee bonte spechten en we kunnen het gelach van de groene spechten regel matig horen. Net als het geschreeuw van de vlaamse gaai en het gemiauw van de buizerd. Aan de voet van de stam zit een reuzenzwam die zijn beste tijd al heeft gehad. Iets hoger zitten nog wat oudere tonder- zwammen. In deze tijd van het jaar kun je best veel paddenstoelen zien. We slaan een klein laantje in. Meteen vallen in het gras de grote parasolzwammen op, wel zo'n 40 centimeter hoog en de hoed met een door snede van bijna 30 centimeter! Even verder rji Pt

Tijdschriftenbank Zeeland

de Steltkluut | 2012 | | pagina 8