Miljoenen soorten kleine beestjes leven op onze aarde. Denk aan insecten, wormen en andere wriemelende ongewervelden. On- gewervelden zijn dieren zonder ruggengraat. Ze spelen belangrijke rollen in de natuur. Sommige zijn voedsel voor grotere dieren. Andere helpen bij het opruimen van dode planten en dieren, waardoor stoffen die we mineralen noemen in de bodem terugkeren. Zonder hulp van deze kleine beestjes zouden planten niet de voedingsstoffen krijgen die ze nodig hebben om te groeien. Insecten helpen ons door de planten te bestuiven en producten te maken die nuttig zijn voor mensen, zoals de bij voor honing zorgt. Er zijn er ook die ongedierte in de tuin opeten, bijvoorbeeld de gaasvlieg die luizen opeet. Alle wormen verplaatsen zich kruipend. Ze zijn zeer belangrijk voor het ecosysteem. Ze helpen door de bodem voor planten en dieren gezond te houden. De bloedzuiger is een soort worm die op een vreemdere manier nuttig is. Dokters gebruiken ze soms om mensen te genezen! Gaasvliegen zijn mooie teer uitziende beestjes, maar schijn bedriegt! Hun baby's zijn felle roofdieren. De larven zijn uitstekende jagers, die op hele kleine alligators lijken. Ze eten vooral bladluizen. Bladluizen zijn kleine in secten die fruit- en groentegewassen kunnen verwoesten. Gaasvlieglarven eten zo veel bladluizen dat ze bladluisleeuwen worden genoemd. Eén larve kan wel tweehonderd per week eten. Daarom kopen inders en boeren zelfs doosjes met gaasvliegeneitjes die ze op hun akkers uitzetten! De volwassen gaasvliegen eten meestal nectar en stuifmeel. Ze zijn 2,5 cen timeter lang, met een groen lichaam en een gele kop. Hoe lang is een larve? Maar 1 cm?! Bloedzuigers leven in meren, rivieren en beken. Het grote verschil met de regenworm is dat bloedzuigers zuignappen aan beide uiteinden van hun lichaam hebben. Ook bezitten ze vaak tanden. Ze bijten dieren en zuigen hun bloed. De dieren voelen geen pijn wanneer ze gebeten orden door de bloedzuiger. Wanneer bloedzuigers bijten, spuiten ze een stof in de open wond. Deze stof zorgt ervoor dat die plek verdoofd wordt, het bloed blijft stromen en het wondje geen korst kan vormen. In de oudheid dachten artsen dat de slijme rige wormen, wonden konden genezen en koorts konden verlichten. In Amerika en in Azië wordt de bloedzuiger soms nog steeds gebruikt, maar veel minder dan vroeger. 130 jaar geleden werden alleen al in de Parijse zie kenhuizen zo'n zes miljoen bloedzuigers gebruikt voor aderlatingen. Anja van der Giessen

Tijdschriftenbank Zeeland

de Steltkluut | 2015 | | pagina 23