Een schaap van de dood gered \i Een schaap van de dood gered boor: Lucien Calle Op de schorren van Saeftinge gra zen koeien en schapen. Dat is heel nuttig, want daar waar de dieren grazen, groeien veel verschillende planten. Omdat er overal geulen door het gebied lopen, die tijdens de vloed ook nog vol lopen met water, is het toch wel een beetje gevaarlijk voor de dieren. Dat het echt gevaar lijk kan zijn hebben we op een dag zelf meegemaakt. Erik en ik waren een hele dag in Sae- ftinghe geweest om bijen te tellen. Aan het eind van de dag waren we best wel al een beetje moe toen we in het bezoekerscentrum terugkwa men. We hadden gehoopt om even iets te kunnen drinken en dan weer terug naar huis te kunnen gaan. In het bezoekerscentrum waren een heleboel mensen opgewonden aan het praten. Een andere excursiegroep had een schaap in een geul zien liggen. Het beest kon er zelf blijk baar niet uit komen en zakte steeds verder in de modder weg. Die excur siegroep bestond vooral uit kinderen en die konden het dier er ook niet uit halen. Eerst besloot men de boer op te bellen om te vragen of hij snel kon komen helpen. Maar de boer was net de aan het oogst binnen halen en zei dat hij geen tijd had... Dus werd er aan ons gevraagd of we het dier konden helpen. Gelukkig waren Eddy, Christine en Bas ook nog in het bezoekerscentrum en met zijn vijven liepen we snel naar de geul. We moesten doorlopen want er was geen tijd meer te verliezen. Het arme dier lag naast een bruggetje waar het blijkbaar vanaf was gevallen. Het zal wel een flinke smak geweest zijn want het schaap was wel ruim 2 meter naar beneden gevallen. Toen we bij de geul aankwamen stonden Eddy en Bas al naast het schaap. Het zag ernaar uit dat we maar net op tijd waren. Door al het gespartel in de modder was het dier helemaal uitgeput. Zijn bek lag half in de blubber, en heel de vacht was volge zogen met modder en water. Daar door had deze dezelfde kleur als de modder gekregen. Eerst probeerden we met zijn vieren het beest recht op eruit te trekken, twee armen onder zijn voorpoten en twee onder de achterpoten. Daarbij moesten we oppassen voor de slaande poten met de scherpe hoeven. Ook mochten we niet aan zijn poten trekken, omdat die anders zouden kunnen breken. Het lukte niet zo goed. Het was een enorm gewicht, ik schatte het op meer dan 100 kilo, terwijl wij zelf ook wat weg glibberden en wegzak ten in de modder. We besloten het anders te probe ren. We rolden het schaap op zijn rug en alle vier droegen het aan een poot, terwijl Bas gelijkertijd ook nog zijn hoofd boven de mod der probeerde te houden. De ogen van het dier draaiden verschillende keren weg, het leek flauw te vallen. Gelukkig lukte het nu wel stukje voor stukje omhoog en met veel inspan ning kregen we het dier weer boven in het gras. We hadden zoet water meegenomen en spoelden direct zijn bek, neus en ogen schoon, die zaten immers half verstopt. Het dier rolde nog een paar keer op zijn zij en de ogen draaiden nog een paar keer weg. Maar al snel stond het weer op zijn poten en begon het weer te grazen. Een paar dagen later heeft Bas het dier weer gezien. Het liep te grazen te midden van een groepje schapen en was alleen aan de modderige kleur nog te herkennen. Het zal best nog wel een beetje geduurd hebben voordat de regen zijn vacht weer een beetje schoon gespoeld zou hebben. Voor het schaap was het op het nippertje goed gegaan. Als we het dier niet uit de modder getrokken hadden was het waarschijnlijk ge storven. 't stekkertje lente 2017 De kop lag in de blubber en de vacht was hel maal volgezogen met wateren modder Het schaap was van de brug naar beneden gevallen Nog enkele keren draaiden de ogen weg...

Tijdschriftenbank Zeeland

de Steltkluut | 2017 | | pagina 22