n
F
JF
iiaaMaaBHBg
-■
Site v
JIM. >-
:«js-
De vier plaggen zijn als groene eilandjes duidelijk herkenbaar, twee ervan zijn met paaltjes gemarkeerd. Foto Lucien Calle
Tabel 1Na 2 jaar in plaggen nog aanwezig:
Bedekking bij Braun-Blanquet (BB):
In plag
Buiten plag 1
Geelhartje
r
Nee
Nee
Gestreepte witbol
Ja
Nee
Gewone rolklaver
Ja
Ja
Grote ratelaar
2a
Nee
Nee
Heelblaadjes
r
Ja
Nee
Kale jonker
Ja
Nee
Kamgras
1
Nee
Nee
Kattendoorn
1
Ja
Ja
Klavervreter
Niet
Ja
Nee
Knoopkruid
2b
Ja
Krophaar
r
Ja
Reukgras
2a
Ja Nee
Rietorchis
Nee
Rode Klaver 1
Ja
Rood Zwenkgras
Ja
Scherpe boterbloem
2a
Ja
Smalle weegbree
2a
Ja
Veldlathyrus
r
Ja
Nee
Veldzuring
r
Ja
Ja
Zeegroene zegge
2a
Ja
Nee
Zilte zegge
Niet
Ja
7
r
<1%
<1%
1
<5%
2m
<5%
2a
5% -15%
2b
16% - 25%
Niet
Niet opgemerkt
Discussie
Gesleep met planten is vaak ongewenst. Het vertroebelt het
authentieke verspreidingsbeeld van de soorten. Langs de andere
kant schept de mens ook barrières zodat planten zich niet meer zo
makkelijk vanzelf kunnen verspreiden. Hulp bieden bij verspreiding
kan daarom ook gezien worden als het opheffen van deze barrières.
Ten opzichte van het opbrengen van maaisel uit dichtbijgelegen
natuurgebieden heeft het inbrengen van complete plaggen wel
het nadeel van bodemverstoring. De methode wordt bij heel
zeldzame planten wel vaker toegepast. Daar worden vaak alleen
de betreffende zeldzame planten zelf gemonitord. Bij dit mini
experiment is het idee om ook de heel gewone soorten te volgen.
Het gegeven dat na twee groeiseizoenen de verspreiding van de
planten vanuit de planten in het aangrenzende stukje nog niet zo'n
vaart loopt, kan mogelijk te maken hebben met de wat afwijkende
bodem en het grondwater. Hoewel veel van de gewonere soorten
wat dat betreft toch wel enigszins flexibel zijn. Tot slot is de
periode van slechts 2 jaar na het verplanten eigenlijk te kort om
nu al conclusies te trekken. Het zal erg interessant zijn om de
ontwikkelingen nog een aantal jaren te blijven volgen.
Literatuur:
Zwart A. de, 2015, Verslag verplantingsplan Zwinweide 2015.