Broedende aalscholvers
Broedende aalscholvers
Door: Marian Sponselee
Foto 's Marian Sponselee en Carola
van Tilburg
Tot een jaar of 10 geleden zag je af
en toe eens een aalscholver, maar de
laatste jaren zijn ze een vertrouwd
beeld. Je ziet ze op palen, langs de
waterkant en 's avonds met z'n allen
slapen in een boom.
Op 3 mei ontdekte Huub Bun een
aalscholvernest op een bord in de
Westerschelde bij de Eendracht-
polder. Heel bijzonder, want sinds
één broedpoging in de Braakman in
de jaren '80 hebben we hier in Oost
Zeeuws Vlaanderen nog nooit een
nest gehad.
Wij direct erheen met de telescoop
en ja hoor, mooi groot nest, één aal
scholver ligt erop en 8 andere staan
er omheen. Bizar dat we dat niet
eerder gezien hebben. We wandelen
daar vaak met de hond, verrekijker
in de aanslag, want er valt altijd wel
wat te vogelen aan de waterkant.
De aalscholvers op de borden zijn
een normaal beeld, maar dus nooit
goed naar gekeken. Ook hebben we
ze nooit zien vliegen met takken,
wat gezien de grootte van het nest,
toch echt vaak gebeurd is. Moet een
speciaal beeld zijn, een vogel die
helemaal aangepast is om te duiken
naar vis, maar dan vliegend met tak
ken. Volgend jaar gaan we daar dus
extra op letten.
Dat hier maar één nest is, is ook
best bijzonder. Aalscholvers zijn
koloniebroeders zoals we tijdens
een Steltkluut excursie vorig jaar,
hebben kunnen zien bij het Quack-
jeswater. Daar zit een grote kolonie
lepelaars gecombineerd met tiental
len nesten van aalscholvers.
Natuurlijk zijn we, nadat we het
nest gezien hadden, zeer regelmatig
gaan kijken. We zien de broedende
vogel zeer regelmatig met de snavel
onder haar buik friemelen. Wat ze
doet moeten we raden, want het is
te ver weg om zelfs met een tele
scoop te zien. Waarschijnlijk draait
ze de eieren regelmatig, en zullen er
op een gegeven moment wel kuiken
tjes gevoerd zijn.
Vooral op 6 juni zijn we aangenaam
verrast dat het nest en de kuikens
2 dagen code oranje, met zeer veel
wind en regen hebben doorstaan.
Zoals Henk Castelijns zei: "stoere
beesten". Op 18 juni zien we dan ein
delijk 3 best al grote kuikens in het
nest staan. Voordien zagen we meest
al pluizebollen op het nest liggen.
Daarna is er elke keer wel wat leuks
te zien op het nest. Het oefenen van
de vleugels, ze lijken te denken 'het
klappert wel lekker, maar waar zijn
ze voor?', lopen over de rand van het
bord met poten die daar duidelijk niet
op aangepast zijn, en poetsen van de
veren natuurlijk, heel vaak poetsen.
Zodra een aalscholver op het bord
aankomt wordt er gebedeld. Niet al
leen bij de ouders, maar bij elke vogel
kun je proberen.
En dan natuurlijk de eerste keren
vliegen. Dat is wel leuk, maar het
landen lukt niet echt waar je wilt.
Als ze per ongeluk in het water
landen, wat ze duidelijk niet fijn
vinden, waggelen ze zo snel mogelijk
naar een oesterbankje onder het
bord, om daar te drogen en poetsen.
Natuurlijk komt één van de oudere
vogels direct kijken en kan er weer
gebedeld worden. Lastig om voor te
stellen dat deze kuikens, die niets
van water willen weten, tegen de tijd
dat u dit leest, geweldige duikers
zullen zijn. Onder water zullen ze
op vis jagen waarbij die onhandige
looppoten nu toch heel goed van pas
zullen komen. De niet waterafsto
tende veren zullen ze echter moeten
blijven drogen en poetsen.