Vleermuis
De sprinkhanen en krekels van onze streek
9
Toon's natuur
DoorToon Hagenaar
Buiten is het warm. Ook al is het sep
tember.
Mart is bij zijn opa.
Samen zitten ze in de tuin.
'Kijk!' zegt opa. Hij wijst naar de lucht.
Mart ziet iets fladderen.
'Dat is een vleermuis,' vertelt opa.
'Een vleermuis!' zegt Mart. 'Die heb ik
nog nooit gezien. Is het een muis met
vleugels, opa?'
'Nee, niet echt. Het is een zoogdier.
Maar wel een heel vreemd zoogdier.'
'Waarom?'
'Het is het enige zoogdier dat kan vlie
gen. En weet je, het heeft geen echte
voorpoten.'
'Heeft het wel achterpoten?' vraagt
Mart.
'Nee, ook geen echte achterpoten
zoals bij andere dieren.'
Weer fladdert het dier door de tuin.
Het maakt vreemde zwenkbewegingen.
'Ze kunnen ook niet op hun achterpo
ten staan,' gaat opa verder. 'Ze hangen
eraan.'
'Hangen ze aan hun achterpoten?'
Mart is verbaasd. Wat een vreemd
diertje moet dit zijn.
'Ja, zo slapen ze.'
'Op hun kop?'
'Ja, op hun kop.'
Mart denkt na. Hij probeert het zich
voor te stellen. Hoe kan het diertje
nu op zijn kop slapen? Hij schudt zijn
hoofd.
'Krijgt hij dan geen hoofdpijn?' vraagt
hij.
'Nee,' antwoordt opa. 'Hoofdpijn krij
gen ze niet.'
Mart vindt dat maar raar.
Zelf hangt hij ook weieens onderste
boven. Dat doet hij aan het klimrek op
school. De wereld ziet er dan wel heel
anders uit. Dat is zo leuk.
Maar zo slapen? Dat kan hij niet.
Opnieuw zwenkt het diertje tussen de
bomen door.
'Waarom vliegt hij zo raar?' vraagt
Mart.
'Zo vangt het vliegjes.'
'Dat kan helemaal niet. Het is bijna
donker. Dan ziet die vleermuis het
toch niet?'
'Dat doen ze ook niet. Vleermuizen
hebben geen goede ogen en toch vlie
gen ze nergens tegenaan. Ook al is het
pikkedonker.'
Mart zet grote ogen op. Vertelt zijn
opa nu sprookjes?
'Hoe doet hij dat dan?' vraagt hij.
Opa wrijft door zijn weinige haar.
'Ze hebben een bepaald systeem in hun
hoofd.'
'Net als bij ons de hersenen?' vraagt
Mart.
'Nee, een soort van radar...'
Mart schudt zijn hoofd. 'Wat is dat?'
Weer wrijft opa door zijn haar. 'Weet
je nog op vakantie? Je stond bij een
put. Je riep erin.'
'Ja,' zegt Mart. 'Dat weet ik nog.'
'Wat gebeurde er toen?'
'Alles wat ik riep kwam terug. Zelfs
mijn naam.'
'Juist,' zegt opa.
'Dat was toch de echo?'
Opa knikt.
'Zo doen vleermuizen dat ook. Die
radar heet echolocatie. Ze stoten een
geluid uit via hun neus of hun mond.
Dat geluid keert terug, en dat vangen
ze op met hun grote oren.'
Mart probeert het zich voor te stel
len. Hij begrijpt het niet helemaal.
'En dan?' vraagt hij.
'Dan weten ze of er een boom staat.
Of een muur. Hierdoor vliegen ze ner
gens tegenaan.'
'Dat is handig,' zegt Mart.
'Ja, maar het is nog handiger. Als er
een insect vliegt, vangt hij daar ook de
echo van op. Geen insect is dan meer
veilig voor hem.'
Mart kan het bijna niet geloven.
'En dan?' vraagt hij.
'Dan zwenkt de vleermuis opzij, naar
boven of naar beneden. Zijn bekje
staat dan open. Hap doet hij en het
insect is gevangen.'
'Dat is makkelijk,' zegt Mart. 'Het is
een levende vliegenvanger.'
Opa knikt. 'Daarom is het ook mijn
vriend.'
'Jouw vriend?'
'Ja, hij vangt ook muggen. Daar houdt
opa niet van. Die steken zo gemeen.
Dus als ik weer een vleermuis zie, ben
ik blij.'
Nu begrijpt Mart het.
Hij heeft ook weieens een muggenbeet
gehad. Dat jeukte heel erg.
Mart denkt na.
'Eigenlijk wil ik ook wel zo'n vriend,'
zegt hij.
'Volgens mij wil de vleermuis dat ook
wel. Wie wil er niet bevriend zijn met
een lieve jongen zoals jij?'
wel 26 soorten "rechtvleugeligen" aanwezig te zijn.
Waaronder 22 soorten sprinkhanen, 3 soorten krekels
en ook de veenmol. In dit stukje worden ze allemaal be
sproken. Alleen van de makkelijk te herkennen soorten
wordt een foto getoond.
Herkenning van de soorten
Het is niet makkelijk om alle soorten uit elkaar te hou
den, gelukkig zijn er wel een aantal trucs. Het eerste
waar je op kunt letten is hoe lang de sprieten zijn. Zijn
deze langer dan het lichaam, dan horen ze bij de lang-
sprieten, zijn deze korter dan het lichaam? Juist: kort-
sprieten. Bij de langsprieten kan je dan weer naar de
lengte van het borststuk kijken. Als deze langer is dan
breed heb je te maken met een soort uit de groep van
de sabelsprinkhanen. Deze groep is zo genoemd omdat
de vrouwtjes een lange legbuis (de sabel) hebben waar
mee de eieren worden gelegd. Zie je zo'n sabel, dan weet
je natuurlijk ook al direct dat het zo'n sabelsprinkhaan
is. Is het borststuk breder dan lang, dan heb je een
krekel te pakken. Krekels zijn eigenlijk veel makkelijker
te herkennen aan het geluid dat ze maken. Je hoort dan
een aanhoudend en helder kri kri kri, het is al van ver
hoorbaar.
Ook de kortsprieten zijn weer in twee groepen in te de
len. Er zijn hele kleine sprinkhaantjes, waarvan het hals-
worden per soort foto's getoond en enkele kenmerken
genoemd.
De zeldzame blauwvleugelsprinkhaan is onopvallend
gekleurd. Meestal zie je hem niet zitten, tot hij opvliegt
en ineens zijn prachtig blauwe vleugels laat zien. Deze
soort kan je alleen in de duinen aan de kust zien.
Kustsprinkhaan, met witte lijn langs de rand van de vleugel
Rustende vleermuis. Foto: Lucien Calle
Sprinkhanen en krekels
Tekst en foto's: Lucien Calle
Het is een mooie nazomerdag en je maakt een wande
ling door de natuur. Als je door een stukje bloemrijk
grasland loopt valt er iets op. Bij iedere stap die je zet
springen er talrijke sprinkhanen voor je uit. Je hoort
ook een heel koor van sjilpende en ratelende insecten.
Als je zo'n diertje voorzichtig benadert, zie je dat het
een sprinkhaan is. Je ziet dat deze insecten veel ver
schillende kleuren hebben. Van helmaal groen, naar bruin
en zelfs roodachtig. Er zijn ook sprinkhanen die een erg
hard geluid maken zoals de grote groene sabelsprink
haan. Andere maken een constante toon, net of je een
stroomdraad hoort knetteren. In onze streek blijken
schild van het borststuk verlengd is tot over het ach
terlijf. Dat zijn de doorntjes. Ook als ze volwassen zijn,
zijn deze zo klein, dat de meeste mensen ze niet eens
als sprinkhanen herkennen. Alle andere soorten met een
niet verlengd halsschild horen bij de veldsprinkhanen.
Deze soorten lijken erg op elkaar. Je kunt ze determi
neren met een tabel of veldgids, maar aan het uiterlijk
is dat niet makkelijk. Er zijn wel twee soorten daarvan
die nog wel goed te doen zijn. De veldsprinkhanen zijn
wel makkelijk op het geluid te herkennen.
Goed, nu je weet tot welke groep de sprinkhaan die je
ziet of in jouw netje gevangen hebt behoort, kan je ver
der gaan zoeken naar de exacte soortnaam. Hieronder
De veenmol hoort ook bij de sprinkhanen
Blauwvleugelsprinkhaan
f
t stekkertje herfst 2018