Aangevallen door een Buizerd O De stehkfuut herfst 20 f 8 O Spechten De Kleine Bonte Specht is de zeldzaamste soort in onze regio, qua formaat vegelijkbaar met een mus. Een soort die de voor keur geeft aan gemengd bos. Hakt ieder jaar een neuwe nestholte en zorgt na uitvliegen nog ongeveer een maand voor de jongen. Eet hoofdzakelijk insec ten en in de winter ook fruit. De Groene Specht is een soort die je vaak hoort en zelden ziet, zijn markante lachende geluid galmt door het bos. De Groene specht leeft veelal in de bosranden en parken. Hakt zelf een nestholte in oud loofhout. Net als bij de Grote bonte worden na het uitvliegen de jongen verdeeld over de ouders. Als voed sel staan vooral bosmieren op het menu, een mierenhoop kan in korte tijd behoorlijk uitgedund worden. De Zwarte Specht is de meest imposante van de vier. Het is een mooie forse vogel met zijn zwarte lijf en rode kruin. Leeft ver borgen en waarnemingen zijn dan ook vaak van jonge dieren. Ze hakken zelf hun nestholte. Leven vooral van houtmieren en larven die ze zoeken in dood hout, een dode boom kan dan ook binnen afzienbare tijd compleet in stukken worden gehakt. In de warme zomermaanden is de kans om de diverse spech ten te spotten het grootst bij de bosvijver voor de hut, ze komen dan een slokje drinken of een verfrissend bad nemen. In de wintermaanden is vooral de Grote bonte specht een vaste waarde voor de hut. Wilt U graag eens een paar uurtjes in de boshut doorbrengen om naast spechten de andere vogels en eekhoorns te bewon deren neem dan contact op via boshutdinge@gmail.com en informeer naar de mogelijkheden. Middelste bonte specht Foto: Timo Jansen L_ Kleine bonte specht. Foto: Carola André Grote bonte specht. Foto: Timo Jansen De beruchte Buizerd in dreighouding op het nest terwijl broerliefvanonder de vleugels toekijkt. Foto: Bas de Maat Door: Bas de Maat Agressieve Buizerds, jaarlijks halen ze krant, radio en tv. Vaak gepaard met onnozele adviezen in de trend van "schreeuw en molenwiek met uw armen". De kans dat als je gehurkt als een springende kikker je weg vervolgt en de Buizerd zijn aanval staakt is waarschijnlijk even groot. Alle vermeende Buizerd aanvallen zijn doorgaans terug te herleiden naar ofwel hard- loop(st)ers ofwel wielrenn(st)ers. En over het algemeen zijn het jaar najaar dezelfde Buizerds op dezelfde locaties die wellicht een tikkeltje fanatiek zijn in het bewaken en verdedigen van hun nest. Veel beter zou het zijn om de broedlocatie niet al hardlopend of wielrennend te passeren of überhaupt tijdens de jongenfase het nest te mijden, maar die adviezen lees je maar zelden. Met dit soort berichtgeving wordt wel het beeld geschetst dat roofvogels agressieve dieren zijn en niet zelden wordt dan ook de vraag gesteld of ik als klimmer niet bang ben aangevallen te worden door pa of ma Buizerd. Het tegenovergestelde is waar. Als klimmer heb je een speci aal privilege. Je hebt het voorrecht om voor heel even je in de bijzondere wereld van de roofvogels te mogen begeven. Een uniek kijkje op de plek waar een jonge Boomvalk, Sperwer, Havik of Buizerd uit het ei kroop om teder door zijn of haar ou ders te worden grootgebracht. Hoewel de kleine dons bollen er doorgaans nog wel schattig uitzien komt de ware aard zo nu en dan wel al naar voren. In enkele gevallen in de vorm van kainisme (het elkaar de kop inpikken om de eigen opgroeikan- sen te vergroten), maar vooral door die vreemde indringer bij het nest welkom te heten met -in het beste geval- een hoop geroep en vleugelgeklapper, of met -in het wat minder gunsti ge geval- een uithaal met klauwen en snavel. Door de vogels op de juiste wijze te benaderen en hanteren breng je het er als klimmer doorgaans wel zonder kleerscheuren vanaf, en nog veel belangrijker zonder de vogels daarbij te verwonden. Niet voor niets staat achter de eerste bullet van de gedragscode voor roofvogelringers en klimmers "Bedenk datje als ringer en

Tijdschriftenbank Zeeland

de Steltkluut | 2018 | | pagina 8