O De steltkluut herfst 2019 O Zwarte ooievaar in het Waterwingebied Clinge Sint Jansteen Heikant De Rood mus - Please to meet you *1 Plaatstrouwe visarenden Bijzondere waarnemingen in de regio Bijzondere waarnemingen in de regio 9 Door: Bas de Maat (tekst) Alex Wieland (foto) Het Waterwingebied heeft kennelijk een aantrekkingskracht op juveniele zwarte ooievaars. Voor het vierde jaar op rij is er in augustus een zwarte ooievaar neergestreken. Dit keer in een klein poeltje in de bossen van Sint Jansteen, pal op de grens met België. Eddy Taelman ontdekte de zwarte ooievaar en aan de hand van foto's van Henk Nijskens en Alex Wieland kon de herkomst achterhaald worden. Op 11 juni werd de zwarte ooievaar met kleurring BLB Y0379 geringd als nestjong (in een nest van 4) in Beausaint (Ardennen). Zwarte ooievaar op 04-08-20 7 9 in SintJansteen. Door: Carola André (tekst en foto's) De mannetjes zijn heel mooi om te zien, felrode kop, borst en stuit. De vrouwtjes zijn bruin, lijken een beetje op een grauwe gors of een vrouwtje huismus. Ook het postuur is een beetje als van een gors, groenling of vink, dus vrij stevig. Ze hebben een korte dikke snavel en kleine zwarte kraaloogjes. Toen ik hoorde, dat er een exemplaar op het Eiland van de Meijer zat, ben ik gaan kijken, en was aangenaam verrast, toen ik de roep hoorde. Het geluid is zeer opvallend, en sommige gebruiken het ezelsbruggetje "please to meet you". Als je er goed naar luistert, haal je die zin er inderdaad uit. Al vrij snel gevonden, omdat hij vrij vaak zong. Mooi vogeltje, helaas niet de rode kleur, die de mannetjes hebben, vermoedelijk was het een jong exemplaar (geen juveniel), en krijgt hij pas de rode Roodmus op het Eiland van Meijer (2) Roodmus op het Eiland van Meijer kleur in het 2de kalenderjaar. Het was even lastig, om er een foto van te kunnen maken, omdat hij niet echt op dezelfde tak bleef zitten, maar heen en weer vloog. Hun broedperiode is vanaf mei tot augustus, en dan het liefst in open gebieden, maar wel daar waar het vochtig is. Dit kan zijn in vochtige weilanden, bij beekjes of parken, want er moeten wel bomen en struiken zijn. Ze eten meestal zaden, en doen dit op de grond, net zoals vinken, groenlingen, kepen enz. Bij deze soorten zijn ze soms ook te vinden. Ze hebben wel in Nederland gebroed, maar nu zijn ze hier eigenlijk alleen nog maar tijdens de trek waar te nemen. Door: Carola André (tekst en foto's) Prooi in zicht De visarend is een prachtige roofvogel die niet verwant is aan andere roofvogels, en uniek zijn omdat ze bijna niets anders eten dan vis. Als ze bij water komen zie je eenden weg zwemmen/vliegen, maar blijven wel in de buurt. Alsof ze in de gaten hebben, dat de visarend geen grote bedreiging voor hun vormt. Dit is bij de zeearend wel anders, want dan is alles in rep en roer, en vliegen ze gelijk kilometers ver weg. Visarenden hebben voor hun leefgebied niet veel eisen: visrijk water en hoge bomen, zendmasten of door de mens gemaakte platformen. Alleen rust is een belangrijke vereiste. Het is een vrij kleine arend, donkerbruin op de bovenkant van hun vleugels, rug en staart, en wit aan de voorkant, met op beide vleugels een donkere polsvlek en een donkere rand rond hun keel. Op hun witte kop loopt een donkere streep vanaf de ogen naar de rug. De krachtige poten zijn wit, en de klauwen vlijmscherp met kleine stekeltjes, om de glibberige vis goed vast te kunnen houden. De vleugels zijn enigszins geknikt, in tegenstelling tot andere arenden, die rechte vleugels hebben. Normaal gezien zag je ze in Nederland alleen tijdens de trek, maar sinds 2016 broeden ze ook in Nederland, en dit in de Biesbosch. Tijdens de trek verblijven ze altijd een paar dagen - soms zelfs weken - in ons land, en opvallend is dat de visarenden steeds op dezelfde plekken verschijnen. Dit is ook het geval bij het Groot Eiland, nabij Hulst. Dankzij mijn foto's weet ik, dat het niet de vogels van het jaar ervoor zijn. Tot nu toe kwamen ze rond eind augustus, begin september, en bleven dan voor een week of 3 a 4. In 2017 heb ik een paar mooie foto's kunnen maken, omdat ze over mij heen vlogen, terwijl ik op Terug uit het water komen vereist de nodige inspanning de uitkijktoren stond. Wat een prachtige vogels zijn het, en het was genieten, om ze zo vlak bij te zien. In 2018, na een lange warme periode, was het water bij de uitkijktoren nagenoeg verdwenen, waardoor de vogels moesten uitwijken naar het water bij Luntershoek. Nu kon ik ze nog beter zien, en hun vistechniek observeren. Biddende visarend Net als b.v. de torenvalk"bidden"ze boven het water, schitterend om te zien. Soms doen ze een nep aanval, om de vissen tot beweging aan te zetten. Ze vliegen dan naar beneden, scheren rakelings over het wateroppervlak, en raken met hun klauwen even het water aan, waarna ze weer naar boven vliegen, rond cirkelen om vervolgens op een bepaalde plek weer even te blijven bidden. Als ze hun prooi zien, duiken ze als eerste met hun kop naar beneden, trekken hun vleugels in en op het laatste moment gooien ze hun poten uit. Vervolgens komen ze weer naar boven, met of zonder vis. Het viel mij op, dat ze tijdens hun vlucht naar een boom, de vis de ene x met 1 klauw vasthielden, en dan weer met 2. Ze zijn slanker maar wel groter dan een buizerd, het kost dan ook veel kracht, om weer uit het water te komen. Eerst vliegen ze vlak boven het wateroppervlak, daarna winnen ze steeds meer hoogte en vliegen naar een plek, om hun prooi op te eten. Meestal is dit in een hoge boom of op een paal, en dan zo hoog mogelijk, zodat ze de omgeving goed in de gaten kunnen houden. Dode bomen zijn ook zeer geliefd om op te zitten. Ze broeden al jaren in Duitsland en Midden-Frankrijk, maar ze nemen in andere landen ook in aantal toe, waaronder ons land. Zoals vele andere trekvogels overwinteren ze in Afrika.

Tijdschriftenbank Zeeland

de Steltkluut | 2019 | | pagina 6