Een weloverwogen beslissing Grijze grootoorvleermuis, Slechtvalk en Kerkuil drie zeldzame soorten in één kerk te Koewacht In de schijnwerper Viooltje Lebuf: Samen met mijn man ben ik een tweetal jaar geleden in Axel komen wonen op een erf van 2.6 ha met een klein bos en poel, en een mooie wilgenrij. In 2020 moesten de wilgen dringend geknot worden en zo kwamen we in contact met Landschapsbeheer Zeeland en een paar vrijwilligers van de BioAxel groep. Tijdens het knotten hadden enkele van hen interessante waarnemingen gedaan op ons erf van vogelsoorten. Jaap Verhelst kwam met de vraag of ze ook verder bij ons op het terrein mochten inventariseren: planten, insecten, en zelfs amfibieën! Omdat we zelf een grote liefde hebben voor de natuur, zijn we uiteraard heel blij dat mensen met zoveel kennis en expertise ons kunnen vertellen wat er allemaal leeft, groeit en bloeit op het erf. Het is een fantastische groep gemotiveerde vrijwilligers, en hun werk is van onschatbare waarde! Ingrid Smit: Sinds een jaar ben ik lid van de Steltkluut. BioAxel was voor mij een welkom initiatief. Een koolmees van een pimpelmees onderscheiden kon ik, maar ik wilde zoveel meer weten en leren over de natuur in mijn omgeving. BioAxel zou mij die kans bieden, want ik zou op pad kunnen met vogelaars, plantenkenners en wie weet insectenfanaten. De eerste drie maanden van 2020 ben ik een paar keer bij de put van Emmery geweest. Iedere keer was er wel iets bijzonders, waar ik zonder de aanwezigheid van kenners aan voorbij gelopen zou zijn. Zo zag ik voor het eerst de gele trilzwam en de op drollen lijkende kogelhoutskoolzwam. Wat tegenviel was de eerste nachtvlinderval die werd gezet. Geen enkele nachtvlinder was in die val gevlogen. Toch was ik zeker niet voor niets vroeg opgestaan. Omdat er geen vlinders waren gingen we maar planten en paddenstoelen zoeken en leerde ik het Judasoor kennen. Ook ontdekte ik door de ervaren Steltkluutleden dat je zelfs in januari al tientallen wilde plantjes kan vinden. Als je daar maar de tijd voor neemt en zorgvuldig kijkt. Ook nooit geweten dat er onder de bomen waar ik wel eens mijn hond uitliet, bosuilen broeden. Willy Vink vertelde er over en tijdens een nachtwandeling die door de Steltkluut was georganiseerd, hoorde ik ze. Helaas heeft inmiddels Corona zich aangediend en gaan we niet meer samen op pad. Jammer, want ik genoot van die uitstapjes en leerde er veel van. Niet dat ik alles zal onthouden. De mossentocht was interessant, maar ik kwam ook mijn grens tegen. Het onderscheid tussen vier mossen die op elkaar lijken laat ik over aan de kenners. Misschien dat ik mij daar in de verre toekomst nog eens in ga verdiepen. Ondanks Corona is er via de app gelukkig nog wel contact en houden leden elkaar op de hoogte van nieuwe vondsten of vragen deelnemers advies aan anderen over de determinatie van een soort. Laatst kwam er zo een bijzondere zwarte zweefvlieg voorbij. Het zeldzame diertje heeft wel wat weg van een prehistorisch monstertje en terwijl ik dit schrijf komt er een foto van een rups binnen die op een takje lijkt. Zelf ben ik sinds corona niet meer bij de put van Emmery geweest, maar het project heeft mij in korte tijd veel geleerd. Hiermee bedoel ik niet eens zozeer dat ik nieuwe soortnamen ken, maar meer dat ik anders ben gaan kijken naar mijn eigen omgeving. Een berm is geen groene strook meer met wat vrolijk bloeiende paardenbloemen en madeliefjes, maar een wereld op zich met allerlei verschillende levensvormen. Zo heb ik inmiddels ook hier een Spui een plek gevonden waar de kogelhoutskoolzwam in het vroege voorjaar te zien is. Ooit zag ik een documentaire over nachtvlinders. Een insectoloog liet enthousiast zien hoeveel prachtige insecten je 's nachts kunt vinden als je een insectenval zet. Hij wees enthousiast naar het verlichte witte laken waarop tientallen nachtvlinders zaten. 'Als je de schoonheid van deze beestjes ziet, hoefje toch niet meer naar het Kruger in Zuid-Afrika', was zijn commentaar. Ik geef hem gelijk. Je hoeft niet ver te reizen om je te verbazen over de schoonheid van de natuur. Ook naast de deur is er al zoveel bijzonders te zien en te ontdekken. Dat heeft BioAxel mij vooral duidelijk gemaakt. Marian Sponselee: Mijn motivatie om mee te doen? Vorig jaar kregen Bert en ik het idee om iets op te zetten voor iedereen die graag wat bij wilt leren en genieten van wat er allemaal in onze eigen omgeving te zien is. We wilden zowel enthousiaste beginners als experts bereiken. Na wat brainstormen kwamen we op een bioblitz in Axel. Centraal gelegen en vele biotopen in één gebied. Leek ons een haalbare kaart om 1001 soorten waar te nemen metz'n allen. Zelf vind ik het altijd heerlijk om buiten op zoek te gaan naar beestjes en planten die ik nog niet ken. Ik kan me dus ook moeilijk op één soortgroep concentreren. Als je naar planten kijkt zie je daar ook weer een beestje op zitten en zo ga je steeds verder. Het is leuk om alleen te doen, maar ook met mensen die er veel meer van kennen leren je weer op een andere manier kijken. Of juist met nieuwelingen laten verwonderen overal het moois. Ik vind het allemaal even leuk. Mijn meest bijzondere waarneming? Mijn zeldzaamste waarneming was een geaderde kluifëwam, maar de mooiste waarneming vond ik de roepende bosuilen tijdens de bosuilen wandeling. We hopen dat het binnenkort weer mogelijk zal zijn om op een veilige manier groepsactiviteiten te organiseren. Gezellig en leerzaam, want ook het gezellige samen ontdekken mogen we zeker niet vergeten. Tot die tijd doe ik het alleen of met een vriend/vriendin. Jaap Verhelst: Toen ik vernam van het initiatief van Marian Sponselee en Bert van Broekhoven voor de Bioblitz was ik gelijk enthousiast. Het leek me echt leuk om eens een jaar lang een bepaald gebied te monitoren op wat er leeft, groeit en bloeit. Eind januari ben ik dan ook van start gegaan en met regelmaat ga ik het gebied in om te kijken of ik weer wat nieuws kan toevoegen. Maar het is vooral ook leuk om met elkaar aan dit project bezig te zijn. En, gelukkig een project dat ondanks de corona gewoon door kan gaan. Ik ben ervan overtuigd dat we de 1001 gaan halen, maar het belangrijkste vind ik nog wat we met elkaar aan waarnemingen bij elkaar vinden. Voor mij persoonlijk zijn op dit moment de Reuzenpaardenstaart, Ijsvogel en de Kleine Watersalamander de mooiste waarnemingen van het gebied tot nu toe. Grijze grootoorvleermuis V De steltkluut zomer 2020

Tijdschriftenbank Zeeland

de Steltkluut | 2020 | | pagina 3