Vlinders Toon's natuur Tekst en foto's: Toon Hagenaar In het stukje van Mart en zijn opa hebben ze het over vlinders. Mart wist niet dat er zoveel verschillende namen konden zijn die bij deze dieren horen. De namen als pages, uiltjes, beren vossen en witjes doen iets anders vermoeden. Daarbij denken we niet gelijk aan een insect. Vlinders zijn over het algemeen snel te herkennen als soort. Ze hebben grote vleugels. Hun vlucht maakt dat ze dartel zijn. Anders dan bijvoorbeeld bijen vliegen ze niet rechtstreeks op hun doel af. Het is net of ze een dansje in de lucht uitvoeren. Ondanks dat is het niet altijd even eenvoudig om ze te fotograferen. Ze zitten nooit lang stil op een bloem, behalve als er wat te halen valt. Bij nachtvlinders is het nog lastiger. Tijdens hun vlucht zijn ze prachtig, maar bij het neerstrijken vouwen ze hun vleugels samen waardoor dat in één keer verdwijnt. Vlinderfamilie Binnen de klasse insecten behoren de vlinders tot de orde van de gevleugelde insecten. Naar schatting leven er op de wereld ongeveer 160.000 soorten vlinders, waarvan 2000 in Nederland. Vlinders zijn onder te verdelen in dag en nachtvlinders. Dagvlinders vliegen meestal overdag en nachtvlinders 's nachts. Dagvlinders zijn vaker bont gekleurd en nachtvlinders niet. Hoewel er natuurlijk altijd weer uitzonderingen zijn. Niet alleen in kleur. Er zijn ook tal van nachtvlinders die overdag vliegen bij zonnig weer en dan nectar uit de bloemen halen. Dat noemen we dagactieve nachtvlinders. Wil je er zeker van zijn of het een dagvlinder of een nachtvlinder is, dan kun je dat zien aan verschillende kenmerken. Aan de antennes: De antennes worden ook voelsprieten genoemd. Als er een soort van 'knopje' aan het eind van de antenne zit, dan is het een Blauwtje dagvlinder. Zijn de antennes geveerd of draadvormig, dan is het een nachtvlinder. Aan de stand van de vleugels: Wanneer vlinders rust houden, dan hebben ze twee manieren om hun vleugels dicht te klappen. Dagvlinders houden hun vleugels vaker dichtgeklapt boven hun lichaam. Nachtvlinders leggen ze juist plat. De snelste vlinders kunnen een snelheid halen van 45 kilometer per uur. De traagste vliegen hooguit 7 tot 8 kilometer per uur. Dus moet je nog flink doorstappen om deze bij te kunnen houden. Het lichaam van een vlinder bestaat uit drie onderdelen: de kop, het borststuk en het achterlijf. De kop heeft een roltong, twee ogen en twee antennes. De roltong is een lange, holle buis die opgerold kan worden. De ogen bestaan uit honderden zeshoekige oogjes. Hiermee kan de vlinder bewegingen en kleuren goed waarnemen. Met de antennes kan een vlinder ruiken. Aan het borststuk zitten twee paar vleugels en zes poten. De vleugels zijn zeer bijzonder. Wanneer je er met een vergrootglas naar kijkt, dan zie je kleine schubben. Deze zijn hol. Ze bevatten een kleurstof die ook wel pigment wordt genoemd. Dat pigment zorgt ervoor dat de vlinder mooie kleuren en patronen op zijn vleugels krijgt. Dagvlinder Atalanta Doodshoofdvlinder Toon's natuur Gehakkelde aurelia Nachtvlinder Hageheld Spin met koolwitje Cyclus Een vlinder wordt niet als vlinder geboren. Een vlinder begint als een ei. Uit het ei kruipt een rups, de rups wordt een pop en uit de pop komt uiteindelijk de vlinder. Ei: een vlinder begint dus als een eitje dat vaak op een blad wordt afgezet. Larve of rups: uit het eitje kruipt de rups. Die eet heel veel bladeren en bloemen en wordt hierdoor steeds groter. De rups vervelt meerdere keren tot hij groot en dik genoeg is om zich te gaan verpoppen. Pop: de rups krijgt een hard velletje. Sommige rupsen krijgen geen hard velletje. Zij spinnen met een lange draad een cocon om zich heen. Vlinder: de pop barst na een tijdje open, en dan kan de vlinder eruit kruipen. Nu is de vlinder nog niet klaar. Met bloed en lucht pompt hij zijn vleugels op. De vlinder is dan erg kwetsbaar. Zijn de vleugels geheel opgepompt, dan kan de vlinder wegfladderen. Per vlindersoort verschillen deze fases. Bij sommige duurt het geheel slechts een paar weken, bij anderen kan het zelfs een jaar in beslag nemen. Leeftijd Een vlinder kan ongeveer drie weken oud worden. Dat is het gemiddelde. Een van de grootste vlinders ter wereld, de Atlasvlinder, leeft slechts 5 dagen. Daar staat tegenover dat er ook vlinders zijn die 130 dagen oud kunnen worden. Ik dacht werkelijk dat ik oog in oog stond met een echte kolibrie. Toen ik erachter kwam dat het om een vlinder ging, vond ik het nog net zo bijzonder. Dat vlinders tere beestjes zijn, zag ik op het moment dat er een huismoeder (dit is een vlinder, zoek maar eens op) gegrepen werd in mijn tuin door een koolmeesje, maar ook een koolwitje door een kruisspin. Het koolmeesje ving hem in de lucht. Hij vloog ermee naar de schutting en voor ik het wist, trok het vogeltje de beide vleugeltjes van de vlinder af en vrat hij hem op. Toen het koolmeesje weg was gevlogen, heb ik de vleugeltjes opgeraapt, zodoende wist ik dat het een huismoeder was. De spin deed het op een andere manier. De vlinder was in zijn web gevlogen. Snel kwam de spin uit zijn schuilplaats en voor mijn ogen begon hij hem in te spinnen. Ook dat ging vrij vlug. De vlinder kon weinig weerstand meer bieden met zijn vleugels tegen de plakkerige draden van het web en het spinsel van de kruisspin zelf dat om hem heen gewikkeld werd. In Frankrijk heb ik tijdens een wandeling meerdere koninginnenpages gezien. Ze hielden zich op bij een klein stroompje. Zelf vind ik het een van de mooiste groepen binnen de insectenwereld. Het zal ermee te maken hebben dat ze gemakkelijk te herkennen zijn en ook opvallen. Hun gefladder in de tuin of in de natuur valt gelijk op. Ik vond het dan ook erg bijzonder dat ik een doodshoofdvlinder vond aan de voorkant van mijn huis in Westdorpe. Helaas was hij overleden. De eerste keer dat ik een kolibrievlinder zag in Frankrijk terwijl ik bij een telefooncel stond te wachten, schudde me gelijk wakker. 'f stekkertje zomer 2021

Tijdschriftenbank Zeeland

de Steltkluut | 2021 | | pagina 15