De Oostelijke bosrandroofvlieg in Oost-Zeeuws-Vlaanderen Bosrandroofvlieg ondroi Lucien Calle (tekst) Adrie van de Wiel (foto) Pe uenkfuut herfst 2021 Het lijkt alweer zo lang geleden. Op 24-5-2009 stonden Elias de Bree en Lucien Calle aan het Groot Eiland insecten te vangen. Laatstgenoemde ving een bosrandroofvlieg die er net wat anders uitzag dan al die andere. Hoezo vangen? Als je insecten wilt bestuderen kan je toch ook gewoon foto's maken? Inderdaad zouden we dat nu niet meer zo doen, maar dat was toen nog een totaal andere tijd. Slechts weinigen van ons beschikten destijds over die makkelijke camera's met goede macrolenzen. Er was geen Waarneming, nl of Obsidentify, waarmee alle gefotografeerde soorten eenvoudig gedetermineerd kunnen worden. Voor veel insectengroepen hadden we slechts beschikking over veelal Duitse en Engelse determinatietabellen. Om een beest zeker te kunnen determineren had je vaak een goede microscoop en allerlei nietszeggende prutserige minikenmerken nodig. Zoals een bepaald knobbeltje op een randje van onderdij drie, een paar onbeduidende haartjes op scheen twee. Of om het nog lastiger te maken, een bepaalde ronding op een zeker minilobje op het mannelijke genitaal, dat dan ook nog in het lijfje verborgen zat. En zo zaten we dan avond aan avond achter de binoc. Eerst moest alles dat in het veld verzameld was geprepareerd worden. Op een speld prikken, pootjes en vleugeltjes netjes gestrekt en gespreid en met een kleine genitaalpincet het genitaal uit het achterlijf peuteren. Daarna etiketteren, laten drogen en dan pas kon je determineren. Gelukkig maar dat de tijden veranderd zijn en dat het nu veel vaker vanaf een goede foto kan. Dat scheelt enorm veel tijd en ook voor de dieren zelf is het uiteraard een mooie stap vooruit. Oostelijke bosrandroofvlieg. Goed, terug naar de bosrandroofvlieg. Deze kon aan de hand van het typische genitaal als een zekere Oostelijke bosrandroofvlieg Neoitamus cothurnatus gedetermineerd worden. Zie voor de belangrijkste verschillen met de algemeen voorkomende (gewone) Bosrandroofvlieg Neoitamus cyanurus in het tabelletje hieronder en de onderstaande tekeningen uit twee determinatietabellen (sterk vergroot). Daarbij zijn de genoemde verschillen in het veld vaak best lastig te zien. De middenknobbel zit half verstopt in de haarbos tussen de ogen. De bestuiving van het rugsegment zit onder de vleugels en kan er bij oudere dieren ook wel wat afgesleten zijn. Met een goed scherpe foto is de kleur van de haarborstels op scheen 1 en 2, wel zichtbaar, net zoals de kleur van de eerste pootleden (metatars).

Tijdschriftenbank Zeeland

de Steltkluut | 2021 | | pagina 10