- 34 - moeten omkomen hebben. En dit, en tevens wassing met Sp aans zeep sop water, waren naar mijne bevinding goede medecijnnen. Nogtans zijn der onderscheidene ge weest, die een aan zi enne lijk e som geld hebben ver meestert over die voorschreve kwaal. In dit jaar 1843 niet boonen, die het vorig jaar in Holland gegroyd v/aren, bezaid 2 gemete en 40 Roiden, en daar af gedorsen 37 zakken l In 1844 kwamen veelal mensen in moeite, uit hoofde dat het gouvernement een leening eissten van eenhon- dert zevenentwintig miljoen guldens in zijn eigen rijk en hier zoude elk aan bij dragen navenant zijner bezit tingen a tegen drie per hondertHet wierd genoemd ,rvriewillig;i en ingeval als het niet vol kwam, dan zoude het geforsceerd worden. Gelukkig, dees voorzeg de leening is vrijwillig volteekend. In 1843, in het begin van julij, ontdekten men een kwaad in de aardappelen, daar de struiken en bladeren in volle groe stonden.. Eerst zwarte en bruine vlekken aan en op de zelve. Dit kwaad nam hand over hand toe, zoo dat binnen weinig dagen Oeon twijffelen meer was en eindelijk zag men geheele velden ontijdig zwart staan. Gelukig, dat de vroege aardappelen zoo ver gevordert waaren. Daar ben op de lugte landen nog eenig geschot uigekomen, maar alle soorten,die tot do winteraardap pelen behoorden, ben> over het algemeen niet meer uit- gedolven- als dat er «p- geplant was en dan nog slegt van smaak» In 1846 niet alleen een drogen, maar verschrikkelijk en heeten zoomer, zoo dat alles over liep. Ja, den zomer-, oogst, heeft heel mager geweest en ook den rogge gaf zoo weijnig, geschat maar 4 en 6 zak van 111 gemet. Den laten augustus van dit jaar-klaverzaad schoonge maakt s van 180 Roe een mud en tien kop In 1846 de buitendeelen der huizing laten schilderen met groene verf en daar voor betaald 19, Voor de schuur en wagenhuis negentien stoop teer gebruikt, 4,23 een man daar twee dagon aan. geteerd, dus ƒ2, r (Op de buitenste voorpagina staat nog, halfverschroeid, te lezen s) In 1844, den 14 desenbèr, I ar.getrouwd en 1843 de keet geboud in Sluispolder riCOLi/S barker 'A. DE BOO. ISKNEUZEU mADEUDALIIE 33 IViEEKRAP (Jog enige losse mededelingen) Vermoedelijk de oudste keur op het vervaardigen van meekrap "werd te Capelle uitgegeven? ze dateert van omstreeks 1480. De grote stadsbrand te Reimerswaal in 1320, waarbij meer dan 300 (veelal houten) huizen .afbrandden, zou zijn ontstaan in een van de vele zoutketen of in een van de me est oven. In de herbouwde stad (plattegrond van 1330 door Jacob van Deventer) zien we de brandge vaarlijke industrieën samengebundeld in het oostelijk stadsdeel, rond de havens het eerste voorbeeld van ;Tst adsplanning'7 met overheidsbemoeienis in ons land. Het grootste kwantum verpulverde meekrap werd via Rotterdam verscheept naar Engeland (textiel). Veel meekrap werd ook in frankrijk verbouwd. In de buurt van Rijssel en At recht zou zelfs nu nog altijd heel wat meekrap verbouwd worden. Zijdelings hoorden we, dat de vlaamse t.v. hier deze zomer nog een uit zending aan heeft gewijd in verband met de pendelende Belgen, die daar in de textielindustrie werken. Uit Frankrijk stamt ook het woord ''garancine'7 (het franse woord voor meekrap iss garance). Garancine is de kleurstof die men uit de mee vrijmaakt door middel van zwavelzuur; een franse uitvinding van omstr. 1840. De naam en de kleur van meekrap wordt nog bewaard in het nederlandse woord 7ïkraplaki:een donkerrode lak- soort. De mee-delvers waren vrij rauwe lieden, wat bijv. blijkt uit het volgende. Op Zuid-Beveland placht men te zeggen! :7Kloete spitte, lange spêê, Lit je klauwn wat dichter gee.!! Vrij vertaald zou dit ongeveer betekenens Kluiten mee spitten met de lange mee-spa, V/erk toch eens wat vlugger l En dan had men ook een fraai spelletjes Kleine jon ge bj es, die nieuws gierig dichterbij waren gekomen, pak te men vast, stroopte ze ce broek af en zette ze in het gedolven gat. Op eigei kracht konden die knaapjes niet uit het gat komen -ot groot vermaak van de

Tijdschriftenbank Zeeland

Varia Zeelandiae | 1961 | | pagina 5