- 8 - had kunnen leggen voor een beginkapitaaltje, en een vrouw had gevonden die haar lot aan het zijne wilde binden» Hij begaf zich dan naar een oudere collega-voorman en vroeg hem, de verbintenis te willen bevestigen. Deze eerbiedwaardige figuur voltrok de ceremonie als volgt: Hij begon met een toespraak tot de vrouw, waarin haar plich ten werden uiteengezet; na zich vervolgens te hebben ver zekerd van de wederzijdse toestemming, nam hij een puthaak, legde deze op de grond en verzocht het bruidspaar, erover heen te stappen, waarmee de verbintenis bezegeld was l De "oudste", die de primitieve huwelijksvoltrekking verricht had, nam dan de puthaak op en bood hem de man aan. Deze aanvaardde het instrument plechtig, als een huwelijks scepter die voortaan naast de eigenlijke bestemming, de belangrijke nevenfunctie zou vervullen, de vrouw aan haar plichten te herinneren en in extreme gevallen daadwerkelijk als straf werktuig kon worden gebruikt I De puthaakhuwelijken hadden een onbepaalde duurZij konden echter te allen tijde worden beëindigd, zowel door de vrouw die eenvoudig kon vertrekken als hc-t haar niet langer be viel, als door de man die in zo'n geval zijn ploeg werkvolk bijeenriep, zijn grieven opsomde en tenslotte de fameuze put haak doormidden brak. Met het breken van de puthaak was dan ook het huwelijkscontract beëindigd. Het was de plicht van de putter, bij deze laatste ceremonie te zorgen voor voldoende jenever om de mannen -althans tijdelijk- te compenseren voor het verlies van hun verzorg ster. KATS C.P. ZUIJDWEG ■DE KOENKELPOT Voor het maken van eeh koenkelpot is nodig: een stuk Ver- kesblecze een stuk stevige rietstengel waar het blad van af is gestroopt, lengte tussen de twee knopen ca 20 cm; een klein keuls potje en wat stukken touw. De varkensblaas haalt men bij de slager; mot een fietsven tiel en een fietspomp pompt 'men de blaas flink op tot zc overal goed doorschijnend is. (Men kan ook te hard blazen, wat. h.eel wat viezigheid geeft l Men bindt -de ballon met ;;e;ënr: touw tje dicht en hangt -"ze Vbuiten onde^f eek af dakje te drogen vg;hw.ë;ge de onaangename geur). Na een dag of-twee is de pallpn door en door droog: ze kraakt bij aan^tt^lj^;-. Als men nu de blaas overlangs. d^)"bhkp,;p|pt heeft men materiaal -vóór twee kö.èhkei^pt.r ten. Het ene einde van ..'de rietstengel (beter is een stukje 'duii bamboe) wójidf glad ge- schuurd en daarna omhuld door een. dubbel 'mutsje', gemaakt' van een klein reep jé i blaas. Dit'mutsje bindt men. stevig op het-, topje vast; men kn-i-pt ..het daarna ..kort bij het touwtje gelijk. 'Nu plooit'men het mid den van de iets bevochtigde'blaas om dit v einde van het riet; ook dit wordt' stevig vastgebonden Dikwijls laat men het''muts je weg: de scherpe vezel of de messcherpe kiezelhuid van -het riet snijdt dan gemakkelijk de blaas stuk en de koenkelpot - geeft- minder goed of geen geluid mieerOok daar om,. ..tegen het in scheuren dus, bevochtigt men de blaas alvorens ze pp. het... riet en de pot te spannen. Lees- vér der -pp' blz 12 Op 20 maart j.l. ontvingen wij het overlijdensbericht van de Heer J. Vader, de man die zich tijdens zijn' leven zeer ver dienstelijk heeft gemaakt, door zijn grote kennis van het Wal cheren van vroeger ten dienste van de gemeenschap te stel len. Wij mogen veronderstellen, dat velen het van zijn hand ver schenen boekje !,0ud Walcheren" kennen. Ier nagedachtenis aan hem lijkt het ons gepast, op de volgende bladzijden en- p kele klederdrachten of gebruiksvoorwerpen af te beelden, die de bewoners van Walcheren moeten hebben gedragen in de tijd, waarover het boekje van Jan Vader., handelt OUDELAMDE C.J. CHEISTIAANSIE

Tijdschriftenbank Zeeland

Varia Zeelandiae | 1966 | | pagina 6