- 22 -
woud te maken en dadelijk te beginnen met het voor-geschoten
zaaigoed te gaan zorgen voor de kost, over een maand of
wat. Tot dan toe zouden ze wel wat levensonderhoud te leen
krijgen
De mensen ware de wanhoop nabij.
Het grootste ongeluk - schrijft Theophilo Ottoni - was wel,
dat het geen landbouwers waren, maar ambachtslieden en som
migen gelukszoekers.
Maar zelfs onze vaderlandse plattelanders ha.dden nooit zo
veel en zulke bomen op elkaar gedrongen gezien,
boals anderen, Duitsers, landbouwers ook, wel vertelden:.
Als je in de Heimat de bijl aan de wortel zet van een boom,
dan begint die tenslotte te kraken en tuimelt. Maar hier
blijft zo'n woudreus, na veel moeite ongeveer aan twee kan
ten opengehakt, staan 7ant van boven is de kruin met al
zijn buren zo verward en verbonden, dat die 'm stevig op de
been houden.
Om dus een open plek te krijgen, moet er eerst een half of
een heel dozijn aangekapt zijn en dan is het mogelijk, dat bij
een windvlaag of bij een zwenking van één, de hele klucht
gaat donderen. Merkelijk donderen,- want het is een gekraak,
een neerploffen, een warreling van bladeren en vogelsen
stof en takken, die een uur in de omtrek te horen is.
Dan is het natuurlijk de kunst voor de houthakkers, om
als ze dat zien aankomen -- zic& tijdig te bergen.
Nu, voor dat onbegonnen werk voor beginnelingen, werden
er wat negers beschikbaar gesteld.
Kaar verdér moesten de nieuwelingen het zelf klaar spelen
de ruine opruimen, verbranden, van bruikbare takken en bla
ren loofhutten bouwen om zolang in te wonen, zich van tak
ken en leen een huisje zien te bouwen. Dan moesten de wor
tels van de reuzen worden verwijderd, de grond wat bewerkt,
wordenpas daarna kon men gaan zaaien en ple.nten. Dan kon
men "wachten op de'regen -- en als alles meeliep, een maand
of wat later de oogst- van bonen en mars binnenhalen.
TXNILO 'TCNI
- M.Gc BHA5IL
Wordt vervolgd
0. TIMl'T-j.k:;