12 HERSPEL Als nauwlettend op de vorige bladzijde hebt gekeken, zult U als ondertekening »P. Boudens Azhebben gezien Het is niet, zoals we op blz. 1 van dlSW jaargang be weerden, Bernarduszoon, maar Augustinuszoon. Onze "Pier van Botterdam" werd in 1858 geboren te Kwa- dendamme als zoon van Augustinus Boudens en Stoffelina Menheere. Augustinus was in 1821 geboren als zoon van Pieter Boudens en Theresia Mensohart, die beiden uit Westelijk Zeeuwsch-Vlaanderen afkomstig zouden moeten z«n. B« het huwelijk van Pieter en Stoffelina waren bei den reeds overleden (l4 jan. 1858). rï?relina^Menheere' geboren l833, was de dochter van da^eSa^tïg.en Neelt;|e h6"*" U" KWaden Be Pier Boudens Bz, die we op pag. 1 noemden, was een neef van de schrijver: de vaders waren broers. Meer bijzonderheden van schrijver Pier Boudens hebben we nog niet opgespoord. - Van een onzer abonnees, dhr. P.p. Witkam te 's-ïïeeren- A mochten we een twintigtal rijmpjes van Boudens copiere'n, In familiebezit van dhr. Witkam was ook"nog een persoonlijk rijm, waarvan de handtekening ook op pag. 11 staat afgedrukt. Niet alle rijmen van Pier zijn te dateren. Zo weten we niet, van wanneer vorenstaand rym dateert. De vroegste uit deze serie is van 1912; de jongste van 1925. Mochten er lezers zijn, die ergens krantenknipsels van bedoelde P. Boudens Az. bezitten, dan houden wij ons sterk aanbevolen voor het maken van een copie ervaii. In de volgende nummers van VZ zullen we de meest geschikte rijmen geleidelijkaan reproduceren. KWADENDAMM2 A. DE B00 4- IJ DE AMBACHTEN ROND DE EEül#/ISBEX-"ING De uitoefening van de versehillen.de'Ambachten -van rond do eeuwwisseling tot de 'twintiger jaren', is voor- alwat de dorpen betreft, sterk aan verandering onder hevig 'geweest ten opzichte'van het heden. Ik denk vooral aan detijdtoen op enkele dorpen in Zeeland het touwwerk dat de boeren nodig hadden voor het uitoefenen van hun bedrijf, gekocht-werd bij do -met selaar op het dorp of bij een rondreizende metselaar- Dit gebeurde vooral .op de -eilanden Tholen en Sint Phi lips land. In de winter had de metselaar niet veel te. doen: als men een nieuw huis bouwde, gebeurde dit in de zomer; het werd gedurendesde winter droog gestookt zonder dat men er in woonde en in het voorjaar betrok men het pas. Dit gold vooral voor de boer die ging -rusten, maar ook voor andere betergesitueerden. In het najaar kochten de- metselaars Geluk (die op een-paar dorpen woonden) éen partij hennep, dat in gro te rollen werd verhandeld. Ze maakten hiervan poenger- touwen'(roepen)striengen, alsters (halsters), stal- banden, lienen (leidsels)enz. Twee winters heb ik als jongen bjj de metselaar dit boeretomwerk helpen ;- „maken. Tot rond 19^5 was de kolenhandelaar Rus..in de zomer touwslager, in de winter Zwarte Piet. Slager zijn op de dorpen gaf toentertijd ook geen. vol jaar eoh menswaardig bestaan aan de slagers Slager, Kieviet, Verstrate en Engelvaart. r Haast ieder slachtte in het na.jaar één o,f tw.ee varkens. •Dit had tot gevolg, dat in de -winter., tot half de zomer de slagerij praktisch gesloten was. Van dorp tot dorp was het. verschillend, hoéver de be moeienissen strekten van de'werkzaamheden'die de sla ger aam het ie slachten varken moest besteden.' In Walcheren en Zuid-Beveiand'werd door do slager ook

Tijdschriftenbank Zeeland

Varia Zeelandiae | 1972 | | pagina 3