rtAT*£P >-ï fm Li i.% i ri-1 1 feb - r t>? ï'X—uTi^'n r r. <-„ J °9% - 17 - Boonman, huijsvrouwe van Lauris Anthoniese Winter." We lezen dan in hun getuigenis bij notaris Dignus Petri te Goes, hoe in 1640 Adriaanke self vlak voor haar dood er op aandrong, dat haar kinderen in de erfenis zouden delen en onder voogdij zouden komen van haan oudste broer Cornells. Pieter Doensse zou stilzwijgend, diep bedroefd en "dapper weenende" bij dit alles toegekeken ("geadvoieert") hebben. Dan volgt nog de mededeling, dat Corn. Jac. Boonman qm klaarblijkelijk partikuliere redenen de voogdij over de kinde ren overdroeg aan zijn broer Hendrik en dat voor deze over dracht Hendrik een eigenhandig door Corn. Jac. Boonman ge schreven briefje moeist bezongen bij de baljuw en schepenen van Nisse. Bovenstaande is een samenvatting van hetgeen hierna volgt en dat daarom des te meer ontroert en intrigeert alle haere voors(egde) Broeders ende Susters bij haer sijn gekomen ende voor de selve verschenen sijn, alswanneer naer eenighe dinghen int generael met haerluijden gesproec- kén te hebben gelijck in soodanigen occasie geschiet, 1st gebeurt dat sij Adriaenken Boonman int particulier heeft aengesproecken den gemelten haeren Broeder Corn: Jacobss: Boonman, verklaerende de voors(egde) He.indrick en Maéijcken Boonman als doen gehoor t te hebben van haerluijden Sust er Adriaenken Boonman Za: in den vooravont op haeren Broeder Corn: Jacobss: Boonman versochte dat indyen Godt de Heere haer door dese haere sieckte gelieffde vutte weerelt.te ha len gelijck wel apparent(lijck) was, dat hij soude gelieven als outste Oom te a.enveerden de voochdije van haere kinclepen, dwelck hij Corn: Jacobss: Boonman haer heeft gelooft ende toegesecht, seggende sij Adriaenken Boonman alsdoen tegens den selven haeren Broeder Corn: Boonman dese woorden in substantie de kinderen moeten van alles de helft hebben; verklaerende de voors(egde) Heindrick ende Maeijken Boonman dat Pr: Doensse alsdoen daerby ende present synde ten op zichte van de kranckheijt sijner voors(egde) huijsvrouwe seer bedroeft ende dapper weenende stilswijgende tselve hééft geadvoieert, sender eenichssints daertegehs te opposéren ofte tghene sijne huijsvrouwe geseght ende begeert hadde teghen te spreken gelijck Janneken Jacob Boonman Comparant-.- 'M vm- t&vs? mtm tJSfc T w y i\ i 1

Tijdschriftenbank Zeeland

Varia Zeelandiae | 1978 | | pagina 10