- 1.4 -
acht jaren geleden begonnen "met Lis abet- Abrahamsse
vleeschelijck te converseren1^^terwijl Maaike zelf op 77-
jarige leeftijd" zegt, "altijd meesteresse te sijn geweest van
den ganse hen boedel en meester van de geit kasse"^J.
De Boonmannen hebben zich goed genesteld in het Hein-
kenszand van de 17de eeuw, in aanmerking genomen dat de
grootvader van deze tien kinderen, Hendrik Jacobse Boonman^
in 1519 te Öostkerke (in Borssele) is geboren, derhalvé
in 1551 zijn geboortestreek moest verlaten en'elders z^jn
heil zoeken.
Nu in 1632 gaat een kleinkind, Adriaanke, het proberen
in'de Ronde Polder onder Nisse. De pas aangebrachte muur
ankers van.het grote huis met het jaartal 1632 staan nog
maar net te blinken in het herfstlicht. Maar helaas, het
lief en leed met Pieter Doensse zal maar acht jaar duren en
Pieter zelf zal nog heel wat te. stellen krijgen met zijn oud
ste zwager, in Zeeuwse zin ook "staak" geheten, Cornelis
Jacobse Boonman.
Ik hoop de hypothese een beet je* aannemelijk-te maken, dat
deze Com. Jac. Boonman DE mooie staak is geweest.-Het zal
duidelijk worden, dat 'mooi' hier de ironische betekenis
heeft van 'lelijk, gemeen, laag'. Wij kennen deze betekenis
in uitdrukkingen als: een mooie manier is datï; een mooi
heerschap!je bent me een mooie, hoorï.
Op 15 februari 1648 trouwt Pieter Doensse reeds voor de
derde keer.- Zijn uitverkorene is Willemijntgen Macharis Jonghe
en zij trouwen zonder gemeenschap van goederen. Wel is in de
huwelijksvoorwaarden bepaald, "dat bij aldijen hij Bruijdegom
eerst afflivich quame te wérden, dat sij Brujjt noch saltree
ken ende proeffiteren een somme van acht hóndert C&roluse
guldens tot veertich grt tstuck ende daerenboven aen haer
behouden alle haere kleederen, lijnen ende wollen, silver
ende gout, als dan tot haeren lijffve, halse ende vingeren
behoorendemidtögaders noch een eerlijck Rouwkleet naer
sijns Bruijdegoms staet ende gelegentheijt"-5
Goed twee jaar later komen de moeilijkheden. De verwikkelin
gen begonnen wel niet toevallig in 1650, want we weten, dat
in l649 Cornelis Jaeobsz. Boonman is gestorven» Na dood
sullen de familieleden van de kant vai Leenke Dignis zich
- 15 -
zijn gaan roeren. Cornelis Jaeobsz. Boonman kon toen geen
tegenspel meer geven
Op 24 februari I63O ziet Pieter Doensse zich genoodzaakt,
een proces aan te spannen tegen de kinderen uit zijn twee
de huwelijk met Neelken Dignis zaliger. Deze kinderen: be
weerden namelijk, dat Pieter Doensse hun moeder Neelken
Dignis had"gepersuadeert ende diets gemaeckt van dat hij
niet gehouden en was aen sijne voorkinderen geteelt bij
Adriaenken Boonman zaligerVolgens hen had hij aan de
kinderen van het eerste huwelijk slechts moeten afstaan
"ontrent seven gemeten lants ende noch vijfthien hondèrt
gulden in gelde sulex dat bjj t selve doende niet genoot-
saeckt soude kommen om selffs eenige stoel off banckè
xn sy*1 huijshoude te moeten versetteh" Doensse ontkent dit
ten stelligste en vertelt dan, dat hij en Neelken Dignis
geen huwelijkse voorwaarden hadden willen laten opstellen,
maar dat dit toerh wei gebeurd was "door dwanck ende moles-
taetxe van Corn. Jaeobsz. Boonman, sijne yoors(chreven)
bruijts putste broeder", Deze Ccr. Jac. Boonman had. dé huwe
lijkse voorwaar den "naer sijn eijger fantasie ontworpen ende
met sijn eijgen handt geschreven ende geteijekentCorn. Jac.
Boonman had erin geschreven, dat Doensse aan de kinderen
uit zijn eerste huwelijk de helft- van al zijn goederen moest
nalaten en dat Doensse nie:t van plan was, met Neelken Dig
nis of iemand anders ter wereld een huwelijk aan te gaan.
p het laatste, punt haaft Neelken Dignis zich hieringe-
schikt en heeft de. "helftscheiding" plaats gehad. Maar dez.e
vond wel na het huwelijk plaatsomdat Neelken Dignis
"onbeleeftdelijcken ter oirsaecke van haer aenstaende hou-
welijck was vindencxe getracteert van haere eygen kinderen
en swagersHet was haar niet mogelijk "langer in dién
stant met haere kinderen en swagers te blijven"7/. Er moest
maar heel gauw getrouwd worden.
Om nog^ zekerder te staan tegenover zijn kinderen uit
het huwelijk Neelken Dignis heeft Pieter Doensse pp
10 maart 1650 twee broers en twee zussen van Adriaanke
Boonman zaliger, laten getuigen, namelijk Hendrik Jaeobsz.
Boonman; Maaike Jacobse Boonman, huijsvrouwe van Gerard
Claasz. Brouwer; Jan Jaeobsz, Boonman en Janneke Jacobse