29 zijn, om, onder het opzicht van den organist het orgel te trappen. Hij zal de vloeren, trappen en zitplaatsen op en aan het orgel schoon en zuiver houden. Bij huwelijksinzegeningen, indien het bespelen van het orgel verlangd wordt, zal hij mede verplicht zijn het orgel te trappen tegen eene beloning telkens van vijftig cent aan hem uit te keeren, door hen die het orgelspel verlangen,f (Een kerkorgel speelde op winddruk uit een enorme blaas— balg, die wel een inhoud kon hebben van meer dan 15 m3. Onder het midden van die dubbele balg waren twee zware houten pedalen, waarmee men de balg vol "trapte". Als de organist alle registers openzettewas het moeilijk, de balgen voldoende lucht te laten leveren.) Behalve in de consistoriekamer, waar tijdens vergaderingen de koster het vuur branden moest houden, was er in de kerk geen enkele sprake van verwarming. Het was er in de win tertijd vaak zeer onaangenaam, koud en vooral tochtig. Meerdere keren was deze situatie in de vergaderingen van kerkvoogden en notabelen punt van bespreking, waarbij ideeën werden geopperd om de banken te verplaatsen en plm.,2 m hoge schotten tussen de pilaren aan te brengen omzodoende de tocht te weren. De kerkeraad wilde graag kachels laten plaatsen, maar de president—kerkvoogd was tegen alle ingrijpende maatregelen omdat, zoals hij zeis "het kerkgaan te gering is om daarvoor die geldelijke op offering te doen." Met sommige mensen had men echter wel te doen. In sep tember 1872 werd besloten om aan de orgeltrapper en aan de stokman een winterjas te verschaffen. Deze mensen waren verplicht om iedere kerkdienst in het kille gebouw door te brengen en zullen geen geld gehad hebben om zelf voor een fatsoenlijke jas te zorgen. Toch wilde men niet het risico lopen om aan een volgende orgeltrapper of stokman weer een jas ter beschikking te moeten stellen, vandaar de bepaling dat de jassen eigendom van de kerk bleven Het kerkhof'was erg functioneel. Tot 1874 deed het dienst als begraafplaats, terwijl op de westelijke rand,

Tijdschriftenbank Zeeland

Varia Zeelandiae | 1981 | | pagina 12