Oostkapelle (26). Wanneer wat later de bronnen meer informatie geven, blijkt het
recht veelvuldig voor te komen in heel Zeeland. Het zou betekenen dat al van meet af
aan de ambachtsheren van Hogelande invloed hebben kunnen uitoefenen op de
vervulling van de functies van parochiepriester en klokkenluider/koster.
Een dergelijke zeggenschap van de ambachtsheren bij de keuze van de te
benoemen personen past geheel bij datgene wat men in 1189 in Hogelande en in
diezelfde periode in vele andere Zeeuwse dorpen voor ogen heeft gehad. Samen
vattend kan men dit karakteriseren als een streven naar grotere locale autonomie op
zowel kerkelijk als wereldlijk terrein. Omdat de vorming van een vierschaarambacht
alleen te verwezenlijken schijnt te zijn binnen het kader van een parochie, vermengt
zich in een nederzetting de zuiver religieuze behoefte aan een eigen kerk met het
verlangen naar meer locale zelfstandigheid op rechterlijk, met name waterstaatkun
dig gebied. Stimulerend op deze locaal gerichte tendenzen werkt daarbij de voor
Zeeland zo typerende ambachtssplitsing. Niet lang na het ontstaan van de regionale
vierschaarambachten in de 12e eeuw zullen de ambachten van de afzonderlijke
ambachtsheren daarbinnen al niet veel meer en soms zelfs minder hebben omvat dan
een enkele nederzetting met de bijbehorende landerijen. Dit maakt, in combinatie
met hun publieke functie de ambachtsheren tot de meest aangewezen intiatief-
nemers bij de stichting van kerken en de vorming van locale vierschaarambachten.
Voor de ontwikkeling van het dorp in Zeeland is het complex van gebeurte
nissen in de periode tussen circa 1150 en 1270 van essentieel belang geweest. Het
betekent zoveel als het uitgroeien van kleine buurtschappen en woonkernen tot vol
wassen dorpen, gemeenten in de wereldlijke en kerkelijke zin van het woord, met in
al die plaatsen de dorpskerk als zichtbaar centrum. Hogelande is hiervan slechts een
voorbeeld, zij het wel een aardig voorbeeld. Want terwijl dit dorpje al lang is
verdwenen en de meeste sporen van de historische structuur ervan bij de herver
kaveling zijn weggevaagd staat hier nog altijd het symbool van het dorp bij uitstek
het restant van de dorpskerk.
21