renlang geduldig speurwerk ondermeer het hoofdgebouw (principa?), een poort
gebouw (een vierkante doorgang, geflankeerd door twee ronde torens met een dia
meter van 8 meter), een ronde tussentoren (diameter 8 meter) en een ronde hoekto
ren (diameter 8 meter) in kaart zijn gebracht. De vesting was omgeven door een spits
gegraven, vijf meter brede gracht. Aan de westelijke zijde van de Romeinse
versterking stroomde een riviertje dat in de vroege middeleeuwen geheel is verland
en dat we mogelijk kunnen aanzien voor de al eerder genoemde Rudanna.
Grondspoor van de uitgebroken muur en tussentoren van het Romeinse castellum te Aardenburg (1975)
foto R. O.B., Amersfoort.
De Romeinse versterking in Aardenburg werd - de datering van stratigrafisch
verzamelde vondsten wijst daarop - omstreeks 160-170 na Christus aangelegd. In het
laatst van de 3de eeuw of nog eerder raakte de vesting in verval. In de tijd van de
Noormanneninvallen moet er evenwel nog veel van de stenen ommuring aanwezig
zijn geweest, maar van een herstel van de burg in deze roerige tijd is gedurende het
oudheidkundig onderzoek niets gebleken. Wel kon worden vastgesteld dat op
enkele funderingsresten na, al het nog aanwezige muurwerk in de 12de eeuw is
gesloopt en dat de geweldige hoeveelheden vrijgekomen natuursteen naar elders
(Brugge werden afgevoerd. Ten zuidoosten van de Romeinse versterking lag een
meer ambachtelijke nederzetting waarvan ook grote delen zijn opgegraven. De daar
aangetroffen Romeinse cultuurlaag was veel dunner dan die in het Romeinse
castellum, maar bevatte naar verhouding veel meer vondsten vooral aardewerk en
beenderresten (slachtafval). Opvallend waren hier ook de overblijfselen van tien
tallen kleine oventjes. Het is niet onmogelijk dat gedurende een tiental jaren in dit
gedeelte van Romeins Aardenburg de manschappen (en hun gezinnen bivak
keerden die voor het bouwen van de versterking waren ingeschakeld of ge
rekruteerd.
45